CALIFORNIË
Proposition 65 Waarschuwing
Gebruik van dit product kan leiden tot blootstelling aan chemische stoffen waarvan de Staat Californië weet dat ze kanker, geboorteafwijkingen en andere schade aan het voortplantingssysteem veroorzaken.
De rolbeugel niet van de machine verwijderen.
Zorg ervoor dat de veiligheidsgordel is bevestigd en dat u deze snel kunt losmaken in een noodgeval.
Controleer grondig of er boven de machine obstakels zijn en zorg ervoor dat u deze niet raakt.
Houd de rolbeugel in goede staat door deze regelmatig grondig te controleren op beschadiging, en zorg dat alle bevestigingsmateriaal stevig is vastgedraaid.
Een beschadigde rolbeugel dient vervangen te worden. Herstel of wijzig deze niet.
De rolbeugel is een integrale veiligheidsvoorziening.
Doe altijd de veiligheidsgordel om.
![]() |
Veiligheidsstickers en veiligheidsinstructies zijn gemakkelijk zichtbaar voor de bestuurder en bevinden zich bij plaatsen waar gevaar kan ontstaan. Vervang alle beschadigde of ontbrekende stickers. |

Parkeer de machine op een horizontaal oppervlak.
Stel de parkeerrem in werking.
Zet de motor af en haal het sleuteltje uit het contact.

Kantel de zitbank naar voren.
Schuif de zitbank opzij uit de pennen en til de zitbank op (Figuur 2).

Verwijder de lader en de laderkabel uit de laderbeugel (Figuur 5).

Verwijder de 4 Torxschroeven (M6,0 x 22 mm) waarmee de laderbeugel aan het linkerpaneel is bevestigd, met een ratel met T30 dop (Figuur 6).

Verwijder de 4 Torxschroeven (M6,0 x 22 mm) van het linkerpaneel en verwijder het paneel, met een ratel met T30 dop (Figuur 7).

Herhaal stap 3 aan de andere kant.
Koppel de accu's los; raadpleeg de Gebruikershandleiding die bij uw machine hoort.
Note: Voer de procedure voor het loskoppelen van de accu's correct uit. Maak de negatieve hoofdkabel (zwart) los van de accu. Maak daarna de positieve hoofdkabel (rood) los.
Koppel de ontluchtingsslang en de brandstofslang af van de brandstoftank (Figuur 8).
In bepaalde omstandigheden is brandstof uiterst ontvlambaar en zeer explosief. Brand of explosie van brandstof kan brandwonden bij u of anderen en materiële schade veroorzaken.
Tap de brandstof af uit de brandstoftank wanneer de motor koud is. Doe dit buiten en op een open terrein. Eventueel gemorste brandstof opnemen.
Rook nooit wanneer u met brandstof bezig bent en houd de brandstof weg van open vlammen of vonken.
Verwijder de 2 schroeven waarmee de houder aan het linkerpaneel bevestigd is, en verwijder de houder (Figuur 8).
Verwijder de flensbout waarmee de brandstoftank aan de brandstoftankbak bevestigd is en verwijder de brandstoftank (Figuur 8).

Verwijder de 6 Torxschroeven (M6,0 x 22 mm) van het linkerpaneel en verwijder het paneel, met een ratel met T30 dop (Figuur 9).

Koppel de minkabel (–) en vervolgens de pluskabel (+) af van de accu; zie Figuur 10.

Verwijder de 2 flenskopbouten (5/16" x ¾") waarmee de accubak aan het frame is bevestigd, en de 4 torxschroeven (M6,0 x 22 mm) waarmee het rechterpaneel bevestigd is, met een ratel met T30 dop, en verwijder het rechterpaneel (Figuur 11).
Note: U kunt de accu samen met het rechterpaneel verwijderen; zie Figuur 11.

Verwijder de 10 plastic nagels en kabelbinder van elke rubberen afdekplaat en verwijder de rubberen afdekplaten (Figuur 12).

Lijn een rolbeugelbevestiging uit met de 2 gaten achter de voet van de stoel en het gat aan de voorzijde van de rail van het frame; zie Figuur 13.

Gebruik een klem om de rolbeugelbevestiging op zijn plaats te bevestigen.
Markeer de locatie van de gaten op de rolbeugelbevestiging (Figuur 13).
Gebruik een rolbeugelbevestiging als sjabloon om 3 gaten (13,5 mm) te boren in het frame (Figuur 14).
Voor elektrische machines: wees voorzichtig wanneer u de gaten in de rechterkant van het frame boort.
Als u te ver boort, kunt u de accu's of andere onderdelen beschadigen.

Herhaal deze procedure aan de andere kant.
Snij de rubberen afdekplaten aan de hand van de afmetingen in Figuur 15.
Note: De uitsnijdingen in de rubberen afdekplaat bieden ruimte voor de montage van de rolbeugelbevestigingen.

Benodigde onderdelen voor deze stap:
| Kabelklemband | 2 |
| Plastic nagels | 4 |
Monteer elke rubberen afdekplaat met de 10 plastic nagels die eerder verwijderd zijn en een kabelbinder (Figuur 16).
Als de eerder verwijderde nagels beschadigd zijn of ontbreken, vervang ze dan met de nagels in deze set.

Snij de zijpanelen bij aan de hand van de afmetingen in Figuur 17.

Benodigde onderdelen voor deze stap:
| Rolbeugelbevestiging, links | 1 |
| Rolbeugelbevestiging, rechts | 1 |
| Flenskopbout (½" x 3") | 6 |
| Platte ring (½") | 10 |
| Borgmoer (½") | 6 |
Monteer een rolbeugelbevestiging met 3 flenskopbouten (½" x 3"), 5 platte ringen (½") en 3 borgmoeren (½") zoals wordt getoond in Figuur 18.
Note: Zorg dat u de 2 platte ringen (½") aan de buitenkant monteert; zie Figuur 18.

Draai de 3 flenskopbouten (½" x 3") vast met een torsie van 94 tot 108 N·m.
Herhaal deze procedure aan de andere kant.
Benodigde onderdelen voor deze stap:
| Rolbeugel | 1 |
| Flenskopbout (½" x 3½") | 4 |
| Borgmoer (½") | 4 |
Note: Til de rolbeugel op zijn plaats met de hulp van een tweede persoon.
Bevestig 1 zijde van de rolbeugel aan een rolbeugelbevestiging met 2 flenskopbouten (½" x 3½") en 2 borgmoeren (½") zoals in Figuur 19.

Draai de 2 flenskopbouten (½" x 3½") vast met een torsie van 94 tot 108 N·m.
Herhaal deze procedure aan de andere kant.
Monteer het linkerpaneel met de 4 Torxschroeven (M6,0 x 22 mm) die u eerder verwijderd hebt; zie Figuur 7.
Bevestig de laderbeugel aan het linkerpaneel; gebruik hierbij 4 torxschroeven (M6,0 x 22 mm) die u eerder verwijderd hebt; zie Figuur 6.
Bevestig de lader en de laderkabel aan de laderbeugel (Figuur 5).
Herhaal stap 1 aan de andere kant.
Sluit de accu aan; raadpleeg de Gebruikershandleiding die bij uw machine hoort.
Note: Voer de procedure voor het aankoppelen van de accu's correct uit. Koppel eerst de positieve hoofdkabel (rood) aan op de accu, en vervolgens de negatieve hoofdkabel (zwart).
Monteer de zijpanelen met de Torxschroeven (M6,0 x 22 mm) die u eerder verwijderd hebt; zie Figuur 9 en Figuur 11.
Bevestig de voet van de accu aan de rechterkant; gebruik hierbij de 2 flenskopbouten (5/16" x ¾") die u eerder verwijderd hebt; zie Figuur 11.
Sluit de pluskabel (+) aan op de accu; gebruik de bout en de moer (Figuur 10).
Sluit de minkabel (–) aan op de accu; gebruik de bout en de moer (Figuur 10).
Bevestig de brandstoftank aan de bak van de brandstoftank; gebruik hierbij de flensbout die u eerder verwijderd hebt (Figuur 8).
Bevestig de houder aan het linkerpaneel; gebruik de 2 schroeven die u eerder verwijderd hebt (Figuur 8).
Sluit de ontluchtingsslang en de brandstofleiding aan op de brandstoftank (Figuur 8).
Benodigde onderdelen voor deze stap:
| Veiligheidsgordel | 2 |
| Stoelvergrendeling | 2 |
| Zeskantbout (5/16" x 1") | 4 |
| Platte ring (7/16") | 8 |
| Borgmoer (7/16") | 4 |
Monteer een stoelvergrendeling met een zeskantbout (5/16" x 1"), 2 platte ringen (5/16") en een borgmoer (5/16"); zie Figuur 20.

Haal de zeskantbout (5/16" x 1") aan met 68 tot 81 N·m.
Herhaal stap 1 en 2 om de andere stoelvergrendeling te monteren.
Monteer een veiligheidsgordel; gebruik hierbij een zeskantbout (5/16" x 1"), 2 platte ringen (7/16") en een borgmoer (7/16") zoals wordt getoond in Figuur 21.

Haal de zeskantbout (5/16" x 1") aan met 68 tot 81 N·m.
Herhaal stap 4 en 5 om de andere veiligheidsgordel te monteren.
Schuif de zitting opzij op de pennen en laat de zitting zakken (Figuur 22).

Benodigde onderdelen voor deze stap:
| Voorruitsteun, links | 1 |
| Voorruitsteun, rechts | 1 |
| Voorste steun | 1 |
| Achterste steun van kap | 1 |
| Montagebeugel linksvoor | 1 |
| Montagebeugel rechtsvoor | 1 |
| Montagebeugel linksachter | 1 |
| Montagebeugel rechtsachter | 1 |
| Knoopplaat voor linkerachterhoek | 1 |
| Knoopplaat voor rechterachterhoek | 1 |
| Knoopplaat voor linkervoorhoek | 1 |
| Knoopplaat voor rechtervoorhoek | 1 |
| Voorste kruisverbinding | 1 |
| Kruisverbindingsbuis | 2 |
| Flensmoer (5/16") | 28 |
| Moer (¼") | 2 |
| Zeskantige flensbout (¼" x 1½") | 2 |
| Slotbout (5/16" x 1¾") | 16 |
| Zeskantbout met flens (5/16" x 1") | 2 |
| Slotbout (5/16" x 2¾") | 6 |
| Slotbout (5/16" x 1") | 4 |
Note: Draai het bevestigingsmateriaal alleen vast als dat gevraagd wordt.
Gebruik de afmetingen in Figuur 23 om 2 openingen (5/16") in de buitenkant van de bodemplaat aan de linker- en rechterkant van de machine te boren.

Gebruik de afmetingen in Figuur 24 om 1 opening (5/16") in de buitenkant van de voetplaat aan de linker- en rechterkant van de machine te boren.

Bevestig de middelste beugel van de linker- en rechtersteun van de voorruit aan de machine; breng 2 zeskante flensbouten (5/16" x 1") en 2 moeren (5/16") aan in de gaten die u geboord hebt (Figuur 25).

Bevestig de onderste beugel van de linker- en rechtersteun van de voorruit aan de machine; breng 4 slotbouten (5/16" x 1") en 4 flensmoeren (5/16") aan in de gaten die u geboord hebt in stap 1 (Figuur 26).

Gebruik 2 slotbouten (5/16" x 2¾") en 2 flensmoeren (5/16") om de achterste steun van de kap en het achterscherm te bevestigen aan de rolbeugel (Figuur 27).

Gebruik 4 slotbouten (5/16" x 2¾") en 4 moeren (5/16") om de achterste montagebeugels en de knoopplaten voor de achterste hoeken te bevestigen aan de rolbeugel (Figuur 28).

Monteer de kruisverbindingsbuizen losjes op de achterste montagebeugels en de knoopplaten van de achterste hoeken; gebruik 4 slotbouten (5/16" x 1¾") en 4 flensmoeren (5/16") zoals wordt getoond in Figuur 29.

Monteer de voorste montagebeugels en de knoopplaten voor de voorste hoeken losjes aan de kruisverbindingsbuizen en de steunen van de voorruit; gebruik 8 slotbouten (5/16" x 1¾") en 8 flensmoeren (5/16") zoals wordt getoond in Figuur 29.
Monteer de voorste kruisverbinding losjes op de voorste montagebeugels en de hoekknoopplaten; gebruik 4 slotbouten (5/16" x 1¾") en 4 flensmoeren (5/16") zoals wordt getoond in Figuur 30.

Gebruik 2 zeskantige flensbouten (¼" x 1½") en 2 moeren (¼") om de voorste steun aan de voorste kruisverbinding te bevestigen (Figuur 31).

Draai al het bevestigingsmateriaal dat nog loszit, vast.
Benodigde onderdelen voor deze stap:
| Zonnescherm | 1 |
| Klem | 2 |
| Afdichtring | 4 |
| Zeskantbout met flens (¼" x 1") | 4 |
| Wrijvingsring | 2 |
| Kunststof ring | 4 |
| Flenslager | 2 |
Monteer het zonnescherm op de voorplaten; gebruik 2 klemmen, 2 afdichtringen en 2 zeskantbouten met flens (¼" x 1") zoals wordt getoond in Figuur 32.
Important: Breng vóór montage schroefdraadborgmiddel aan op de zeskantbouten met flens.

Bevestig het zonnescherm aan de achterste kruisverbinding met 2 zeskantbouten met flens (¼" x 1"), 2 afdichtringen, 2 wrijvingsringen, 4 plastic ringen en 2 flenslagers (Figuur 33).
Important: Breng vóór montage schroefdraadborgmiddel aan op de zeskantbouten met flens.
Important: Zorg ervoor dat de plastic ringen aanwezig zijn boven- en onderaan het zonnescherm; dit voorkomt beschadiging van het zonnescherm.
