Onderhoud
Waarschuwing
Als u de machine niet goed onderhoudt kunnen systemen van de machine voortijdig defect raken en u of omstanders mogelijk letsel toebrengen.
U moet de machine goed onderhouden en in goede staat houden volgens deze instructies.
Note: Bepaal vanuit de normale bedieningspositie de linker- en rechterzijde van de machine.
Important: Raadpleeg de Gebruikershandleiding van de motor voor verdere onderhoudsprocedures.
Voorzichtig
Als u het sleuteltje in het contact laat, bestaat de kans dat iemand de motor per ongeluk start waardoor u en andere omstanders ernstig letsel kunnen oplopen.
Verwijder het sleuteltje uit het contact voordat u onderhoudswerkzaamheden uitvoert aan de machine.
Aanbevolen onderhoudsschema
Onderhoudsinterval | Onderhoudsprocedure |
---|---|
Na de eerste 8 bedrijfsuren |
|
Na de eerste 50 bedrijfsuren |
|
Bij elk gebruik of dagelijks |
|
Om de 25 bedrijfsuren |
|
Om de 75 bedrijfsuren |
|
Om de 100 bedrijfsuren |
|
Om de 200 bedrijfsuren |
|
Om de 400 bedrijfsuren |
|
Om de 1500 bedrijfsuren |
|
Jaarlijks |
|
Jaarlijks of vóór stalling |
|
Procedures voorafgaande aan onderhoud
De cilindervergrendelingen gebruiken
Waarschuwing
Als de armen van de lader in de opgeheven stand staan, kunnen deze omlaag komen waardoor iemand die eronder staat bekneld kan raken.
Plaats de cilindervergrendeling(en) voordat u onderhoudswerkzaamheden uitvoert waarbij de armen van de lader omhoog moeten staan.
Cilindervergrendelingen aanbrengen
-
Verwijder het werktuig.
-
Breng de armen van de lader volledig omhoog.
-
Zet de motor af en haal het sleuteltje uit het contact.
-
Plaats een cilindervergrendeling over elke hefcilinderstang (Figuur 22).
-
Bevestig elke cilindervergrendeling met een gaffelpen en een R-pen (Figuur 22).
-
Breng langzaam de armen van de lader omlaag totdat de cilindervergrendelingen contact maken met de cilinderbehuizingen en de uiteinden van de stang.
De cilindervergrendelingen verwijderen en opslaan
Important: Verwijder de cilindervergrendelingen van de stangen en vergrendel ze volledig in de opslagstand voordat u de machine bedient.
-
Start de motor.
-
Breng de armen van de lader volledig omhoog.
-
Zet de motor af en haal het sleuteltje uit het contact.
-
Verwijder de gaffelpen en de R-pen waarmee de cilindervergrendelingen bevestigd zijn.
-
Verwijder de cilindervergrendelingen.
-
Breng de armen van de lader omlaag.
-
Breng de cilindervergrendelingen aan over de hydraulische slangen en bevestig ze met de gaffelpennen en R-pennen (Figuur 23).
Toegang krijgen tot inwendige onderdelen
Waarschuwing
Als u deksels, kappen of schermen openmaakt terwijl de motor draait, kunt u in contact komen met bewegende onderdelen en daarbij ernstig letsel oplopen.
Voordat u een deksel, kap of scherm opent: zet de motor af, verwijder het sleuteltje uit het contact en laat de motor afkoelen.
Het inspectieluik aan de voorzijde verwijderen
-
Parkeer de machine op een horizontaal vlak en stel de parkeerrem in werking.
-
Breng de laadarmen omhoog en breng de cilindervergrendelingen aan.
Note: Als u het voorste inspectieluik moet verwijderen zonder de laadarmen omhoog te brengen, wees dan uiterst voorzichtig om het deksel of de hydraulische slangen niet te beschadigen terwijl u het deksel van onder de armen haalt.
-
Zet de motor af en haal het sleuteltje uit het contact.
-
Zet de twee borglippen los (Figuur 24, bovenste lip links getoond).
-
Trek het deksel van de machine.
-
Als u klaar bent, plaatst u het voorste inspectieluik terug en bevestigt u het met de twee borglippen.
Inspectieluik aan de achterzijde openen.
-
Zet de motor af en haal het sleuteltje uit het contact.
-
Zet de twee borglippen bovenaan het achterste inspectieluik los (Figuur 25).
-
Verwijder de bout naast de rechterborglip (Figuur 25).
-
Gebruik de handgreep om het deksel omhoog en achteruit te trekken en het te openen (Figuur 25).
-
Als u klaar bent, sluit u het achterste inspectieluik door het naar boven te zwaaien en het op zijn plaats te brengen.
-
Bevestig het met de twee borglippen en een bout.
Smering
De machine smeren
Onderhoudsinterval | Onderhoudsprocedure |
---|---|
Bij elk gebruik of dagelijks |
|
Type vet: vet voor algemene doeleinden.
-
Plaats de machine op een horizontaal oppervlak, stel de parkeerrem in werking (indien aanwezig op de machine) en laat de laderarmen neer.
-
Zet de motor af en haal het sleuteltje uit het contact.
-
Reinig de smeernippels met een doek.
-
Sluit een smeerpistool aan op elke smeernippel (Figuur 26 en Figuur 27).
-
Pomp vet in de nippels totdat er wat vet bij de lagers naar buiten komt (ongeveer 3 maal pompen).
-
Overtollig vet wegvegen.
Onderhoud motor
Onderhoud van het luchtfilter
Onderhoudsinterval | Onderhoudsprocedure |
---|---|
Om de 200 bedrijfsuren |
|
-
Plaats de machine op een horizontaal oppervlak, stel de parkeerrem in werking (indien aanwezig op de machine) en laat de laderarmen neer.
-
Zet de motor af en haal het sleuteltje uit het contact.
-
Maak de sluitingen op het luchtfilter los en trek het luchtfilterdeksel van de luchtfilterbehuizing (Figuur 28).
-
Knijp in de zijkanten van de stofkap om deze te openen en sla het stof eruit.
-
Reinig de binnenkant van het luchtfilterdeksel met perslucht onder een druk van 2,07 bar.
-
Schuif het filter voorzichtig uit de luchtfilterbehuizing (Figuur 28).
Note: Zorg ervoor dat u niet met het filter tegen de zijkant van de luchtfilterbehuizing stoot.
Important: Probeer het filter niet te reinigen.
-
Controleer het nieuwe filter op scheuren, een vettig oppervlak of beschadiging van de rubberen afdichting. Richt een felle lichtbron op de buitenkant van het filter en kijk in het filter; als er gaten in het filter zijn, ziet u heldere vlekken.
Als het filter beschadigd is, mag u het niet gebruiken.
-
Monteer het filter voorzichtig (Figuur 28).
Note: Zorg ervoor dat het filter volledig vastzit door de buitenring van het filter tijdens de montage aan te drukken.
Important: Druk niet op het zachte midden van het filter.
-
Monteer het luchtfilterdeksel met de stofkap naar beneden gericht en maak de sluitingen vast (Figuur 28).
Motorolie verversen
Onderhoudsinterval | Onderhoudsprocedure |
---|---|
Na de eerste 50 bedrijfsuren |
|
Bij elk gebruik of dagelijks |
|
Om de 75 bedrijfsuren |
|
Type olie:Detergent voor dieselmotoren (API onderhoudsklasse CH-4, CI-4 of hoger)
Carterinhoud: met filter, 3,2 liter
Viscositeit:
-
Bij temperaturen boven -18 °C gebruikt u 15W-40 (bij voorkeur) of 10W-30.
-
Gebruik 5W-30 voor temperaturen onder 0 °C.
Het motoroliepeil controleren
-
Plaats de machine op een horizontaal oppervlak, stel de parkeerrem in werking en laat de laderarmen neer.
-
Zet de motor af, verwijder het sleuteltje en laat de motor afkoelen.
-
Open het inspectieluik aan de achterzijde.
-
Reinig het gebied rond de oliepeilstok (Figuur 29).
-
Trek de peilstok uit en veeg het metalen deel met een doek schoon (Figuur 29).
-
Schuif de peilstok helemaal in de buis (Figuur 29).
-
Trek de peilstok uit en controleer het oliepeil op het metalen deel.
-
Als het oliepeil laag is, reinigt u de omgeving van de olievulbuisdop en verwijdert u de dop (Figuur 29).
-
Giet langzaam voldoende olie in het klepdeksel totdat het peil de bovenste markering op de peilstok bereikt.
Note: Gebruik olie voor dieselmotoren, API onderhoudsklasse CH-4, CI-4 of hoger; zie Motorolie verversen en filter vervangen.
Important: Giet niet te veel olie in het carter omdat dit de motor kan beschadigen.
-
Plaats de olievulbuisdop en de peilstok terug.
-
Sluit het inspectieluik aan de achterzijde.
Motorolie verversen en filter vervangen
-
Start de motor en laat deze 5 minuten lopen.
Note: Warme olie kan beter worden afgetapt.
-
Parkeer de machine zo dat de aftapkant iets lager staat dan de andere kant zodat alle olie kan weglopen.
-
Breng de armen van de lader omlaag, stel de parkeerrem in werking, zet de motor af en verwijder het contactsleuteltje.
Voorzichtig
De onderdelen kunnen heet zijn als de machine heeft gewerkt. U kunt zich verbranden als u hete onderdelen aanraakt.
Zorg dat u geen hete onderdelen aanraakt wanneer u de olie en/of het filter vervangt.
-
Plaats een opvangbak onder de olieaftapbuis (Figuur 30).
-
Zet de klem los en verwijder de plug (Figuur 30).
-
Als alle olie is afgetapt, kunt u de aftapplug weer terugplaatsen en de klem vastzetten.
Note: Geef de afgewerkte olie af bij een erkend recyclingcentrum.
-
Open het inspectieluik aan de achterzijde.
-
Verwijder het oude filter en veeg de pakking van het filtertussenstuk (Figuur 31) schoon.
-
Vul de motor met nieuwe olie van het juiste type via de middelste opening van het filter. Houd op met vullen als de olie de onderkant van de schroefdraad bereikt.
-
Wacht 1 of 2 minuten zodat het filtermateriaal de olie kan opnemen en giet daarna de overtollige olie af.
-
Smeer een dun laagje schone olie op de rubberen pakking van het nieuwe filter (Figuur 31).
-
Plaats het nieuwe filter op het filtertussenstuk. Draai het oliefilter rechtsom totdat de rubberen pakking contact maakt met het filtertussenstuk. Draai het filter vervolgens nog eens ½ slag (Figuur 31).
-
Verwijder de vuldop (Figuur 29) en giet langzaam ongeveer 80% van de gespecificeerde hoeveelheid olie in het klepdeksel.
-
Controleer het oliepeil.
-
Giet langzaam extra olie bij totdat het oliepeil de bovenste markering op de peilstok bereikt.
-
Plaats de vuldop terug.
-
Sluit het inspectieluik aan de achterzijde.
Onderhoud brandstofsysteem
Gevaar
In bepaalde omstandigheden is brandstof uiterst ontvlambaar en zeer explosief. Brand of explosie van brandstof kan brandwonden bij u of anderen en materiële schade veroorzaken.
Raadpleeg Brandstof bijvullen voor een volledige lijst van brandstofgerelateerde voorzorgen.
Water aftappen uit het brandstoffilter
Onderhoudsinterval | Onderhoudsprocedure |
---|---|
Bij elk gebruik of dagelijks |
|
-
Plaats de machine op een horizontaal oppervlak, stel de parkeerrem in werking en laat de laderarmen neer.
-
Zet de motor af en haal het sleuteltje uit het contact.
-
Open het inspectieluik aan de achterzijde.
-
Draai het aftapventiel tot het water uit het filter loopt (Figuur 32).
Note: Het brandstoffilter bevindt zich bij de onderkant van de brandstoftank.
-
Sluit de klep.
-
Sluit het inspectieluik aan de achterzijde.
Brandstoffilter vervangen
Onderhoudsinterval | Onderhoudsprocedure |
---|---|
Jaarlijks |
|
Important: Monteer nooit een vuil filter.
-
Plaats de machine op een horizontaal oppervlak, stel de parkeerrem in werking en laat de laderarmen neer.
-
Zet de motor af en haal het sleuteltje uit het contact.
-
Sluit de brandstofklep onderaan de brandstoftank (Figuur 35).
-
Open het inspectieluik aan de achterzijde.
-
Open het aftapventiel (Figuur 33) en laat de brandstof uit het brandstoffilter in een geschikte houder lopen. Gooi op de juiste manier weg.
-
Verwijder het brandstoffilter met een filtersleutel (Figuur 33).
-
Maak het montageoppervlak schoon.
-
Smeer schone motorolie op de pakking van het nieuwe filter.
-
Schroef het nieuwe filter erop met de hand tot de pakking de behuizing raakt, draai het filter vervolgens nog eens 1/2 slag.
-
Open de brandstofklep onderaan de brandstoftank (Figuur 35).
-
Laat het brandstofsysteem uitlekken; raadpleeg Het brandstofsysteem ontluchten.
-
Start de motor en controleer op olielekkages.
Het brandstofsysteem ontluchten
Laat de lucht uit het brandstofsysteem in de volgende gevallen:
-
Een nieuwe tractie-eenheid of een opgeslagen eenheid voor de eerste keer (terug) starten
-
Nadat de motor is gestopt omdat de brandstof op was
-
Nadat er onderhoud is uitgevoerd aan componenten van het brandstofsysteem
-
Plaats de machine op een horizontaal oppervlak, stel de parkeerrem in werking en laat de laderarmen neer.
-
Zet de motor af en haal het sleuteltje uit het contact.
-
Open het inspectieluik aan de achterzijde.
-
Plaats een opvangbak onder het brandstoffilter om gelekte brandstof op te vangen.
-
Open de ontluchtschroef bovenaan het brandstoffilter om de houder met brandstof te vullen (Figuur 34).
-
Sluit de ontluchtschroef als de brandstof bestendig loopt.
-
Zoek aan de linkerkant van de motor de ontluchtingsplug bovenaan de brandstofinjectiepomp en sluit een slang aan die naar een opvangbak leidt.
-
Open de ontluchtingsplug en probeer de motor te starten totdat de brandstof in een regelmatige stroom lekt.
-
Sluit de ontluchtingsplug.
-
Sluit het inspectieluik aan de achterzijde.
Brandstof aftappen uit de brandstoftank
Gevaar
In bepaalde omstandigheden is brandstof uiterst ontvlambaar en zeer explosief. Brand of explosie van brandstof kan brandwonden bij u of anderen en materiële schade veroorzaken.
-
Tap de brandstof af uit de brandstoftanks wanneer de motor koud is. Doe dit buiten op een open terrein. Eventueel gemorste brandstof opnemen.
-
Rook nooit als u benzine aftapt en blijf uit de buurt van open vuur of als de kans bestaat dat benzinedampen door een vonk kunnen ontbranden.
-
Plaats de machine op een horizontaal oppervlak, stel de parkeerrem in werking en laat de laderarmen neer.
-
Zet de motor af en haal het sleuteltje uit het contact.
-
Sluit de brandstofklep in de slang onderaan de brandstoftank (Figuur 35).
-
Open het inspectieluik aan de achterzijde.
-
Maak de slangklem op het brandstoffilter los en schuif deze over de brandstofslang weg van het filter.
-
Trek de brandstofleiding van het brandstoffilter, open de brandstofklep en laat de brandstof in een brandstofvat of een opvangbak lopen.
-
Plaats de brandstofslang op het filter.
-
Schuif de slangklem dicht op het filter om de brandstofslang vast te zetten.
-
Sluit het inspectieluik aan de achterzijde.
-
Open de brandstofklep in de slang onderaan de brandstoftank, zoals getoond in Figuur 35.
Note: Omdat de tank nu toch leeg is, is dit een uitstekend moment om het brandstoffilter te vervangen.
Onderhoud elektrisch systeem
Onderhoud van de accu
Waarschuwing
CALIFORNIË
Proposition 65 Waarschuwing
Gebruik van dit product kan leiden tot blootstelling aan chemische stoffen waarvan de Staat Californië weet dat ze kanker, geboorteafwijkingen en andere schade aan het voortplantingssysteem veroorzaken.
Houd de accu altijd schoon en volledig geladen. Veeg de accubehuizing schoon met een tissue. Als de accupolen zijn geoxideerd, moet u deze schoonmaken met een oplossing van vier delen water en één deel zuiveringszout. Breng een laagje vet op de accupolen aan om corrosie te verminderen.
Specificaties: 12 V, 450 A (koude start)
Waarschuwing
Als accukabels verkeerd worden verbonden, kan dit schade aan de machine en de kabels tot gevolg hebben en vonken veroorzaken. Hierdoor kunnen accugassen tot ontploffing komen, waardoor lichamelijk letsel kan ontstaan.
-
Maak altijd de minkabel (zwart) los voordat u de pluskabel (rood) losmaakt.
-
Sluit altijd de pluskabel (rood) aan voordat u de minkabel (zwart) aansluit.
Waarschuwing
Accupolen of metalen gereedschappen kunnen kortsluiting maken met metalen onderdelen, waardoor vonken kunnen ontstaan. Hierdoor kunnen accugassen tot ontploffing komen en lichamelijk letsel veroorzaken.
-
Zorg ervoor dat bij het verwijderen of installeren van de accu de accupolen niet in aanraking komen met metalen onderdelen van de tractie-eenheid.
-
Voorkom dat metalen gereedschappen kortsluiting veroorzaken tussen de accupolen en metalen onderdelen van de tractie-eenheid.
Accu verwijderen
Gevaar
Accuzuur bevat zwavelzuur; dit is een dodelijk gif dat ernstige brandwonden veroorzaakt.
-
U mag accuzuur nooit inslikken en moet elk contact met huid, ogen of kleding vermijden. Draag een veiligheidsbril en rubberhandschoenen om uw ogen en handen te beschermen.
-
Vul de accu alleen bij op plaatsen waar schoon water aanwezig is om indien nodig uw huid af te spoelen.
-
Verwijder de moeren en stangen waarmee de accu wordt bevestigd (Figuur 4).
-
Maak de minkabel (zwart) die naar de negatieve (–) accupool leidt los (Figuur 4).
Waarschuwing
Als accukabels verkeerd worden verbonden, kan dit schade aan de machine en de kabels tot gevolg hebben en vonken veroorzaken. Hierdoor kunnen accugassen tot ontploffing komen en lichamelijk letsel veroorzaken.
-
Maak altijd de minkabel (zwart) van de accu los voordat u de pluskabel (rood) losmaakt.
-
Sluit altijd de pluskabel (rood) van de accu aan voordat u de minkabel (zwart) aansluit.
-
-
Maak de pluskabel (rood) die naar de positieve (+) accupool leidt los (Figuur 4).
-
Verwijder de accu van het platform.
Accu opladen
Waarschuwing
Bij het opladen produceert de accu gassen die tot ontploffing kunnen komen.
Rook nooit in de buurt van de accu en zorg ervoor dat er geen vonken of vlammen vlakbij de accu komen.
Important: Zorg ervoor dat de accu altijd volledig geladen is (soortelijk gewicht 1,265). Dit is vooral belangrijk om beschadiging van de accu te voorkomen bij temperaturen onder 0 °C.
-
Verwijder de accu van de machine; raadpleeg Accu verwijderen.
-
Laad de accu 10 tot 15 minuten op bij 25 tot 30 A of 30 minuten bij 4 tot 6 A (Figuur 36). De accu niet te ver opladen.
-
Zodra de accu volledig is opgeladen, haalt u de acculader uit het stopcontact en maakt u vervolgens de oplaadkabels los van de accuklemmen (Figuur 36).
De accu reinigen
Note: Zorg ervoor dat de accuklemmen en de gehele accubehuizing schoon zijn omdat een vuile accu langzaam stroom afgeeft.
-
Plaats de machine op een horizontaal oppervlak, stel de parkeerrem in werking en laat de laderarmen neer.
-
Zet de motor af en haal het sleuteltje uit het contact.
-
Haal de accu uit de machine; Accu verwijderen.
-
Was de hele accubak met een oplossing van natriumbicarbonaat en water.
-
Spoel de accu met schoon water.
-
Smeer een dun laagje Grafo 112X-vet (Toro-onderdeelnr. 505-47) of vaseline op de accupolen en de kabelklemmen om corrosie te voorkomen.
-
Monteer de accu; zie Accu monteren.
Onderhoud van een reserveaccu
De oorspronkelijke accu heeft geen onderhoud nodig. Raadpleeg voor het onderhoud van een reserveaccu de instructies van de fabrikant.
Accu monteren
-
Plaats de accu op het platform (Figuur 4).
-
Bevestig de accu in het chassis met de stangen en moeren die u eerder verwijderd hebt (Figuur 4).
-
Verbind de pluskabel (rood) met de positieve (+) accupool (Figuur 4). Schuif het rubberen kapje over de accupool heen.
-
Verbind de minkabel (zwart) met de negatieve (–) accupool (Figuur 4).
Important: Zorg ervoor dat de accukabels geen contact maken met elkaar of met scherpe randen.
-
Plaats het accudeksel (Figuur 4).
Onderhoud aandrijfsysteem
Bandenspanning controleren
Onderhoudsinterval | Onderhoudsprocedure |
---|---|
Bij elk gebruik of dagelijks |
|
Zorg ervoor dat de bandenspanning volgens specificatie is. De bandenspanning kan het best bij koude banden worden gecontroleerd.
Druk: 1,03 tot 1,38 bar
Note: Gebruik een lagere bandenspanning (1,03 bar) op mulle ondergrond voor betere tractie in de losse grond.
Onderhoud koelsysteem
Het koelvloeistofpeil controleren
Onderhoudsinterval | Onderhoudsprocedure |
---|---|
Bij elk gebruik of dagelijks |
|
Het koelsysteem bevat een mengsel met een 50/50 verhouding van water en permanente ethyleenglycol-antivries. Controleer het koelvloeistofpeil elke dag vóór het starten van de motor.
Gevaar
Wanneer de motor loopt, kan er onder druk staande hete koelvloeistof ontsnappen. Dit kan brandwonden veroorzaken.
-
Verwijder de radiateurdop nooit als de motor warm is. Laat de motor minstens 15 minuten afkoelen of wacht totdat de radiateurdop zover is afgekoeld dat u deze kunt aanraken zonder uw hand te branden.
-
Raak nooit de radiateur en omliggende delen aan als deze heet zijn.
-
Gebruik een doek als u de radiateurdop verwijdert en draai de dop langzaam open om stoom te laten ontsnappen.
Gevaar
De draaiende as en ventilator kunnen letsel veroorzaken.
-
Gebruik de machine nooit zonder dat de kappen zijn geplaatst.
-
Houd uw vingers, handen en kleding uit de buurt van een draaiende ventilator en aandrijfas.
-
Parkeer de machine op een horizontaal oppervlak, laat de laderarmen zakken, stel de parkeerrem in werking, zet de motor af en verwijder het sleuteltje uit de contactschakelaar voordat u onderhoudswerkzaamheden uitvoert.
-
Plaats de machine op een horizontaal vlak, laat de laderarmen zakken, stel de parkeerrem in werking en zet de motor af.
-
Verwijder het sleuteltje uit het contact en laat de motor afkoelen.
-
Verwijder de radiateurdop en controleer het koelvloeistofpeil (Figuur 38).
De koelvloeistof dient tot de vulbuis te reiken.
-
Als het peil te laag is, giet dan koelvloeistof bij tot de onderkant van de vulbuis.
Important: Vul de radiateur niet te vol.
-
Plaats de radiateurdop terug en zorg dat hij goed vastzit.
Onderhouden remmen
De parkeerrem testen
Onderhoudsinterval | Onderhoudsprocedure |
---|---|
Bij elk gebruik of dagelijks |
|
-
Schakel de parkeerrem in; zie Parkeerremhendel.
-
Start de motor.
-
Probeer de machine langzaam vooruit of achteruit te rijden.
-
Als de machine beweegt, neem dan contact op met uw erkende Toro-verdeler voor onderhoud.
Onderhoud hydraulisch systeem
Specificaties hydraulische vloeistof
Gebruik slechts 1 van de volgende vloeistoffen in het hydraulische systeem:
-
Toro Premium transmissie-/hydraulische tractorvloeistof (vraag uw erkende Toro dealer om meer informatie)
-
Toro Premium All Season hydraulische vloeistof (vraag uw erkende Toro dealer om meer informatie)
-
Als geen van de bovenstaande Toro vloeistoffen verkrijgbaar is, kunt u een andere Universal Tractor Hydraulic Fluid (UTHF) gebruiken, maar het mag uitsluitend gaan om een conventioneel, petroleumgebaseerd product. De specificaties moeten binnen het vermelde bereik vallen voor alle onderstaande materiaaleigenschappen en de vloeistof moet voldoen aan de vermelde industriestandaarden. Vraag uw leverancier van hydraulische vloeistof of de vloeistof voldoet aan deze specificaties.
Note: Toro aanvaardt geen enkele aansprakelijkheid voor schade die wordt veroorzaakt door gebruik van verkeerde vervangende vloeistoffen. Gebruik daarom uitsluitend producten van gerenommeerde fabrikanten die garant staan voor de door hen aanbevolen vloeistoffen.
Materiaaleigenschappen Viscositeit, ASTM D445 cSt bij 40 °C: 55 tot 62 cSt bij 100 °C: 9,1 tot 9,8 Viscositeitsindex ASTM D2270 140 tot 152 Stolpunt, ASTM D97 -37 tot-43 °C Industriestandaarden API GL-4, AGCO Powerfluid 821 XL, Ford New Holland FNHA-2-C-201,00, Kubota UDT, John Deere J20C, Vickers 35VQ25 en Volvo WB-101/BM Note: Veel hydraulische vloeistoffen zijn bijna kleurloos, zodat het moeilijk is lekkages op te sporen. Er is een rode kleurstof voor de vloeistof in het hydraulisch systeem verkrijgbaar in flesjes van 20 ml. Eén flesje is voldoende voor 15 tot 22 l hydraulische vloeistof. U kunt deze kleurstof bestellen bij een erkende Toro dealer met onderdeelnr. 44-2500.
Het peil van de hydraulische vloeistof controleren
Onderhoudsinterval | Onderhoudsprocedure |
---|---|
Om de 25 bedrijfsuren |
|
Controleer het peil van de hydraulische vloeistof voordat de motor voor het eerst gestart wordt en vervolgens om de 25 bedrijfsuren.
Capaciteit hydraulische tank: 56 liter
Raadpleeg Specificaties hydraulische vloeistof voor informatie over de hydraulische vloeistof.
Important: Gebruik altijd de juiste hydraulische vloeistof. Vloeistoffen voor algemeen gebruik brengen schade toe aan het hydraulische systeem.
-
Verwijder het werktuig, indien er een is gemonteerd.
-
Parkeer de machine op een horizontaal vlak, breng de armen van de lader omhoog en breng de cilindervergrendelingen aan.
-
Zet de motor af, verwijder het sleuteltje en laat de motor afkoelen.
-
Verwijder het inspectieluik aan de voorzijde.
-
Reinig de omgeving van de vulbuis van de hydraulische tank (Figuur 39).
-
Verwijder de dop van de vulbuis en controleer het vloeistofpeil op de peilstok (Figuur 39).
Note: Het vloeistofpeil moet tussen de markeringen op de peilstok staan.
-
Als het vloeistofpeil te laag is, vult u vloeistof bij tot het correcte peil.
-
Breng de dop van de vulbuis aan.
-
Monteer het inspectieluik aan de voorzijde.
-
Verwijder de cilindervergrendelingen en bewaar ze. Breng de armen van de lader naar beneden.
Hydraulisch filter vervangen
Onderhoudsinterval | Onderhoudsprocedure |
---|---|
Na de eerste 8 bedrijfsuren |
|
Om de 400 bedrijfsuren |
|
Important: Gebruik ter vervanging geen filter voor motorolie omdat dit ernstige schade aan het hydraulische systeem kan veroorzaken.
-
Parkeer de machine op een horizontaal vlak en stel de parkeerrem in werking (indien uw machine hiermee is uitgerust).
-
Breng de laadarmen omhoog en breng de cilindervergrendelingen aan.
-
Zet de motor af en haal het sleuteltje uit het contact.
-
Verwijder de motorkap/het voorste inspectieluik (indien aanwezig).
-
Plaats een opvangbak onder het filter.
-
Verwijder het oude filter (Figuur 40) en veeg het oppervlak van het filtertussenstuk schoon.
-
Smeer een dun laagje hydraulische vloeistof op de rubberen pakking van het nieuwe filter (Figuur 40).
-
Monteer het nieuwe hydraulische filter op het filtertussenstuk (Figuur 40). Draai het filter rechtsom totdat de rubberen pakking contact maakt met het filtertussenstuk. Draai het filter vervolgens nog eens ½ slag.
-
Neem gemorste vloeistof op.
-
Start de motor en laat deze ongeveer 2 minuten lopen om lucht uit het systeem te verwijderen.
-
Zet de motor af en controleer op lekkages.
Waarschuwing
Hydraulische vloeistof die onder druk ontsnapt, kan door de huid heen dringen en letsel veroorzaken. Vloeistof die in de huid is geïnjecteerd, dient binnen enkele uren operatief te worden verwijderd door een arts die bekend is met deze vorm van verwondingen, omdat er anders gangreen kan ontstaan.
-
Houd lichaam en handen uit de buurt van kleine lekgaten of spuitmonden waaruit onder hoge druk hydraulische vloeistof ontsnapt.
-
U kunt lekken in het hydraulische systeem opsporen met behulp van karton of papier; doe dit nooit met uw handen.
-
-
Controleer het vloeistofpeil in de hydraulische tank (zie Het peil van de hydraulische vloeistof controleren) en voeg vloeistof toe tot het peil op de markering op de peilstok staat. Vul de brandstoftank niet te vol.
-
Plaats de motorkap/het voorste inspectieluik (indien aanwezig) terug.
-
Verwijder de cilindervergrendelingen en bewaar ze. Breng de armen van de lader naar beneden.
Hydraulische vloeistof verversen
Onderhoudsinterval | Onderhoudsprocedure |
---|---|
Jaarlijks |
|
-
Parkeer de machine op een horizontaal oppervlak.
-
Breng de laadarmen omhoog en breng de cilindervergrendelingen aan.
-
Zet de motor af, verwijder het sleuteltje en laat de motor afkoelen.
-
Verwijder de motorkap/het voorste inspectieluik (indien aanwezig).
-
Plaats een grote opvangbak onder de machine met een inhoud van minstens 57 liter.
-
Verwijder de aftapplug uit de onderkant van de hydraulische tank en laat alle vloeistof weglekken.
-
Plaats de aftapplug.
-
Vul de hydraulische tank met ongeveer 57 liter hydraulische vloeistof; zie Specificaties hydraulische vloeistof.
Note: Geef de oude olie af bij een erkend inzamelcentrum.
-
Plaats de motorkap/het voorste inspectieluik (indien aanwezig) terug.
-
Verwijder de cilindervergrendelingen en bewaar ze. Breng de armen van de lader naar beneden.
Hydraulische leidingen controleren
Onderhoudsinterval | Onderhoudsprocedure |
---|---|
Om de 100 bedrijfsuren |
|
Om de 1500 bedrijfsuren |
|
Waarschuwing
Hydraulische vloeistof die onder druk ontsnapt, kan door de huid heen dringen en letsel veroorzaken. Vloeistof die in de huid is geïnjecteerd, dient binnen enkele uren operatief te worden verwijderd door een arts die bekend is met deze vorm van verwondingen, omdat er anders gangreen kan ontstaan.
-
Houd lichaam en handen uit de buurt van kleine lekgaten of spuitmonden waaruit onder hoge druk hydraulische vloeistof ontsnapt.
-
U kunt lekken in het hydraulische systeem opsporen met behulp van karton of papier; doe dit nooit met uw handen.
Reiniging
Vuil verwijderen
Onderhoudsinterval | Onderhoudsprocedure |
---|---|
Bij elk gebruik of dagelijks |
|
Important: Als de motor wordt gebruikt terwijl de schermen verstopt zijn en/of de uitlaatringen zijn verwijderd, kan dit leiden tot schade aan de motor door oververhitting.
-
Parkeer de machine op een horizontaal vlak, breng de armen van de lader omhoog en breng de cilindervergrendelingen aan.
-
Zet de motor af en haal het sleuteltje uit het contact.
-
Verwijder het inspectieluik aan de voorzijde.
-
Verwijder vuil van het rooster.
-
Open het inspectieluik aan de achterzijde.
-
Veeg het vuil van het luchtfilter.
-
Gebruik een borstel of een blazer om opgehoopt vuil op de motor te verwijderen.
Important: Het is beter om het vuil eruit te blazen dan het eruit te wassen. Als u toch water gebruikt, zorg er dan voor dat er geen water in de buurt van het elektrische en het hydraulische systeem komt. Gebruik geen hogedrukreiniger. Hogedrukreiniging kan het elektrische en hydraulische systeem beschadigen of de smering aantasten.
-
Plaats het voorste en achterste inspectieluik terug en bevestig ze.
-
Verwijder de cilindervergrendelingen en bewaar ze. Breng de armen van de lader naar beneden.