Installatie

De rails en de oprijplaten monteren.

Benodigde onderdelen voor deze stap:

Linkerbuis1
Rechterbuis1
Slotbout8
Borgmoer10
Oprijplaat 2
Afstandsstuk 2
Zeskantbout (⅜" x 2½")2
Zeskantbout (5/16" x 2½")2
Rubberen buis2
Moer2
Inbusschroef (voor modellen met een serienummer kleiner dan 220000001)6
  1. Breng de aanhanger omhoog met krikken of blokken zodat de wielen de grond niet raken.

  2. Verwijder indien nodig de 4 wielmoeren waarmee de wielen bevestigd zijn en verwijder de wielen om bij de wielstangen te komen.

  3. Verwijder (indien aanwezig) de bevestigingsmiddelen waarmee de standaard inzetstukken onderaan de oprijplaat zijn gemonteerd en verwijder de inzetstukken (Figuur 1).

    g235575
  4. Verwijder de aanwezige stops voor de aanhanger, de wielstangen en de beugels van de aanhanger (Figuur 1).

    Note: Bewaar de stops voor de aanhanger, de beugels en het bevestigingsmateriaal voor latere montage.

  5. Bevestig de montagebeugels van de buisconstructie met 4 slotbouten en borgmoeren in de vierkante openingen aan beide kanten van de aanhanger (Figuur 2).

    Plaats de buisconstructies zo dat de dwarsbuizen naar achteren zijn gericht.

    Note: Op aanhangers met een serienummer kleiner dan 220000001: Om de buisconstructies te monteren moet u als volgt 3 gaten boren in elke kant van de aanhanger:

    • Bevestig de bovenste opening onderaan de montagebeugel van de buisconstructie (met de dwarsbuis naar achteren) in de bovenste vierkante opening achteraan in de binnenkant van de aanhanger (Figuur 2).

    • Plaats de buisconstructie zo, dat deze parallel loopt met de bovenkant van de aanhanger.

    • Gebruik de montagebeugels voor de buisconstructie als sjabloon om de plaats te bepalen en af te tekenen voor 3 openingen (9 mm) die u aan elke opening van de montagebeugel boort.

    • Bevestig de montagebeugels van de buisconstructie aan weerszijden van de aanhanger met 3 inbusschroeven (⅜" x ¾") in plaats van de slotbouten.

  6. Monteer een oprijplaat aan de achterkant van elke buisconstructie met een inbusbout (⅜" x 2½"), een afstandsstuk, een ring en een borgmoer (Figuur 2).

  7. Monteer een inbusbout (5/16" x 2½") in alle middelste gaten in de oprijplaten en in de 2 rubberen buizen (Figuur 4).

    g235597

De vergrendelbeugels en wielstangen monteren

Benodigde onderdelen voor deze stap:

Vergrendelbeugel2
Beugelschroef4
Beugelmoer4
Smalle wielstang4
  1. Plaats een vergrendelbeugel aan beide zijden van de oprijplaat zodat de beugels uitgelijnd zijn met de onderkant van de oprijplaten, bevestig met de rubberen buizen in de oprijplaten en lijn uit met de openingen in de oprijplaat (Figuur 2 en Figuur 4).

    Note: Gebruik maar één set montagegaten per vergrendelbeugel.

  2. Monteer elke vergrendelbeugel losjes op de oprijplaat met flenskopschroeven (5/16" x ¾") en flensmoeren (Figuur 2 en Figuur 4).

    Note: Als de handgreep van de oprijplaat de bevestigingsmiddelen van de vergrendelbeugel in de weg zit, slijp het uiteinde van de handgreep dan af om het gat vrij te maken (Figuur 3). Werk blootgelegde metalen oppervlakken bij met lak.

    g017123
  3. Breng de oprijplaat omhoog en vergrendel deze. Stel de vergrendelbeugels bij zodat ze aangrijpen met de rubberen buizen en draai de flenskopschroeven en moeren vast (Figuur 2 en Figuur 4).

    g017124
  4. Richt de smalle wielstangen naar boven en monteer ze in de montageopeningen aan beide kanten van de aanhanger. Gebruik hiervoor de beugels en het bevestigingsmateriaal dat u verwijderd hebt in stap 4 (Figuur 2).

    Note: Zorg ervoor dat de beugels gelijkkomen met de bovenkant van het frame van de trailer.

    Note: Bij aanhangers met een serienummer lager dan 220000001: koop twee nieuwe stangbeugels (onderdeelnummer 105-5395) en twee nieuwe bevestigingsclips (onderdeelnummer 99-6204) om de op de aanhanger aanwezige onderdelen te vervangen.

  5. Beweeg de smalle wielstangen naar boven en naar beneden om te controleren of ze juist gemonteerd zijn; de stangen moeten soepel bewegen en mogen niet uit de beugels kunnen schuiven.

  6. Plaats de wielen die u verwijderd hebt in stap 2; draai de wielmoeren aan met een torsie van 108,5 N·m.

  7. Verwijder blokken of krikken en laat de aanhanger neer op de grond.

De assen en railwielen monteren

Benodigde onderdelen voor deze stap:

Viltring2
Railwiel4
Wielklem4
Rechteras1
Linkeras – 13,3 cm1
Linkeras – 14,2 cm1
Linkeras – 13,8 cm1
  1. Verwijder de bestaande standaard transportwielen van de wielassen van de greensmaaier (indien aanwezig).

  2. Verwijder de bestaande wielassen van de zijkanten van de greensmaaier door ze los te schroeven.

    Note: De rechter wielas heeft een linkse schroefdraad; verwijder de rechteras door rechtsom te draaien.

  3. Monteer de nieuwe rechter wielas aan de rechterkant van de machine.

    Note: De rechter wielas heeft een linkse schroefdraad; monteer de rechteras door linksom te draaien.

  4. Monteer de geschikte linkeras aan uw machine:

    • Greensmaster 800-/1000-/1600-serie machines: monteer de linkeras van 13,3 cm.

    • Greensmaster 1800-/2100-serie machines: monteer de linkeras van 14,2 cm.

    • Greensmaster 1018-/1021-serie machines: monteer de linkeras van 13,8 cm.

  5. Voer de volgende stap enkel uit voor Greensmaster Flex 18 of 21 machines:

    • Verwijder het trommeldeksel aan de rechterkant van de machine (Figuur 5).

      g017122
    • Verwijder de rubberen pakking uit het asgat in het trommeldeksel en gooi de pakking weg (Figuur 5).

    • Bevestig de viltring aan de binnenkant van het deksel, rond het asgat (Figuur 5).

    • Monteer het deksel op de machine.

  6. Plaats een railwiel op elke as met het kanaal naar buiten gericht en bevestig het met een wielclip (Figuur 6).

    g014669

De spanbanden aanbrengen

Benodigde onderdelen voor deze stap:

Spanbanden2
Borstbout2
Ring2
Moer (¼")2

Gebruik 2 borstbouten, 2 ringen en 2 moeren (¼") om de spanbanden aan de oprijplaat te bevestigen (Figuur 7).

Note: Er zitten klinknagels in de montagelocaties voor het bevestigingsmateriaal, getoond in Figuur 7. Verwijder deze klinknagels.

g290855

Gebruiksaanwijzing

De aanhanger laden

  1. Koppel de aanhanger stevig aan op de tractie-eenheid.

  2. Laat de oprijplaten zakken, rol de machines op de rails en bevestig de wielen in de wielstops (Figuur 8).

    g235576

    Note: Als u slechts 1 machine vervoert, monteer dan de wielstangen in de middelste serie montageopeningen in de aanhanger.

  3. Sluit de banden aan op de grasmandhouder van de maai-eenheid.