Parkeer de machine op een horizontaal oppervlak.
Stel de parkeerrem in werking.
Breng de maai-eenheid omlaag.
Zet de motor af en haal het sleuteltje uit het contact.
Koppel de accu los; raadpleeg het onderdeel onderhoud elektrisch systeem van uw Gebruikershandleiding.
Benodigde onderdelen voor deze stap:
Bout | 4 |
Moer | 8 |
Plaat | 1 |
Kabelboom stoelschakelaar | 1 |
Kabelboom van stoel met luchtvering (alleen voor modelnr. 31982) | 1 |
Verwijder het bedieningspaneel van de stoelbasis en bewaar de moeren.
Important: Zorg ervoor dat het bedieningspaneel ondersteund wordt nadat u het hebt losgemaakt zodat het niet plooit of aan de kabels en draden hangt.
Monteer het uiteinde van de kabelboom van de stoelschakelaar met de aanduiding P2(Seat Switch) aan de connector van de stoelschakelaar onder de stoel.
Lijn de stoelbouten uit met de gaten in de stoelbasis (Figuur 1).
Note: Modelnr. 31980 en 31981 zijn uitgerust met 1 kabelboom (d.w.z. de kabelboom van de stoelschakelaar). Modelnr. 31982 is uitgerust met 2 kabelbomen (d.w.z. de kabelboom van de stoelschakelaar en de kabelboom van de stoel met luchtvering).
De kabelboom van de stoelschakelaar monteren
Leid de kabelboom van de stoelschakelaar tussen de stoel en de stoelbasis en naar de kabelboom van de machine (Figuur 2).
Monteer het uiteinde van de kabelboom van de stoelschakelaar met de aanduiding P1(Main Harness) aan het uiteinde van de machinekabelboom met de aanduiding P11(Seat Switch).
De kabelboom van de stoel met luchtvering monteren (alleen voor modelnr. 31982):
Monteer het uiteinde van de kabelboom van de stoel met luchtvering aan het uiteinde van de machinekabelboom met de aanduiding P08(Opt. Air Ride Seat).
Gebruik 4 moeren om de stoel aan de stoelbasis te bevestigen (Figuur 3).
Plaats het bedieningspaneel aan de stoelbeugel (A in Figuur 4).
Voor machines met modelnr. 31900, 31901, 31907 en 31909: controleer of de gaskabel in de tussenruimte van de stoelbeugel is geplaatst, boven de kabelboom (inzet van A in Figuur 4).
Bevestig het bedieningspaneel aan de stoelbeugel met de bestaande moeren [verwijderd in De stoel plaatsen] en een slotbout en moer (A in Figuur 4).
Draai de slotbout en moer vast, draai daarna de bestaande moeren vast aan de bouten van het bedieningspaneel.
Bevestig de plaat aan de stoelbeugel met 3 slotbouten en 3 moeren (B in Figuur 4).
Koppel de accu aan; raadpleeg het onderdeel onderhoud elektrisch systeem van uw Gebruikershandleiding.
Met de hendel voor de lengte-instelling kunt u de stoel naar voren en naar achteren schuiven.
Modelnr. 31980: beweeg de hendel naar links (Figuur 5), zet de stoel in een comfortabele stand en laat de hendel los om de instelling van de stoel te borgen.
Modelnr. 31981 en 31982: Til de borghendel op om de stoel vrij te stellen (Figuur 6), zet de stoel in een comfortabele stand en laat de hendel los om de instelling van de stoel te borgen.
Important: De borghendel moet de bestuurdersstoel in de gewenste stand borgen. De bestuurdersstoel mag niet naar voren of naar achteren bewegen wanneer de stoel geborgd is.
Stel de draaiknop af (Figuur 7) zodat deze overeenkomt met uw gewicht (kg of lb).
Beweeg de schakelaar (Figuur 8) naar links of rechts om de hoeveelheid demping in te stellen.