Onderhoud
Important: Raadpleeg de gebruikershandleiding van de motor voor verdere onderhoudsprocedures.
Important: De tandwielkast van de motor (Figuur 12) behoeft geen onderhoud omdat ze gevuld is met hoogwaardig synthetisch semivloeibaar vet.

Aanbevolen onderhoudsschema
| Onderhoudsinterval | Onderhoudsprocedure |
|---|---|
| Na de eerste 20 bedrijfsuren |
|
| Bij elk gebruik of dagelijks |
|
| Om de 50 bedrijfsuren |
|
| Om de 100 bedrijfsuren |
|
| Om de 300 bedrijfsuren |
|
De machine klaarmaken voor onderhoud
Waarschuwing
Tijdens het onderhoud of het afstellen van de machine kan iemand de motor starten. Als de motor per ongeluk gestart wordt, kan dat u en andere omstanders ernstig verwonden.
Haal het sleuteltje uit het contact, schakel de parkeerrem in en maak de bougiekabel(s) los voordat u onderhoudswerkzaamheden uitvoert. Druk ook de kabel(s) opzij, zodat deze niet per ongeluk contact kan/kunnen maken met de bougie(s).
Doe het volgende voordat u de machine reinigt of er onderhoud of afstellingen aan uitvoert.
-
Parkeer de machine op een horizontaal oppervlak.
-
Zet de motor af en haal het sleuteltje van de machine (indien aanwezig).
-
Stel de parkeerrem in werking.
-
Wacht totdat alle bewegende onderdelen tot stilstand zijn gekomen en laat de motor afkoelen voordat u de machine stalt of er servicewerkzaamheden aan uitvoert.
-
Maak de bougiekabel los (Figuur 13).

Motorolie verversen/oliepeil controleren
Vul het carter met ongeveer 0,56 liter olie die de juiste viscositeit heeft voordat u de machine start. De motor gebruikt een type hoogwaardige olie waaraan het American Petroleum Institute (API) onderhoudsclassificatie SJ of hoger heeft verleend. Selecteer de juiste viscositeit (dikte) van de olie op basis van de omgevingstemperatuur. Figuur 14 laat zien wat de aanbevolen temperatuur/viscositeit is.

Note: Multigrade-olie (5W-20, 10W-30 en 10W-40) leidt tot een hoger olieverbruik. Controleer het motoroliepeil vaker als u dit type olie gebruikt.
Het motoroliepeil controleren
| Onderhoudsinterval | Onderhoudsprocedure |
|---|---|
| Bij elk gebruik of dagelijks |
|
Het ideale moment om de motorolie te controleren, is wanneer de motor koud is of voordat u deze hebt gestart aan het begin van de werkdag. Als hij al heeft gedraaid, moet u de olie eerst terug in het carter laten lopen gedurende tenminste 10 minuten voordat u het motoroliepeil controleert.
-
Zet de motor uit en wacht totdat alle bewegende onderdelen tot stilstand gekomen zijn; raadpleeg De machine klaarmaken voor onderhoud.
-
Plaats de machine zo, dat de motor waterpas staat en reinig de omgeving van de olievulbuis (Figuur 15).

-
Verwijder de peilstok door deze linksom te draaien.
-
Verwijder de peilstok en veeg het uiteinde schoon.
-
Steek de peilstok volledig in de vulbuis, maar draai hem er niet in.
-
Haal de peilstok eruit en controleer het motoroliepeil (Figuur 16).

-
Als het motoroliepeil niet goed is, vul dan olie bij of tap olie af tot het peil goed is; raadpleeg Motorolie verversen.
Motorolie verversen
| Onderhoudsinterval | Onderhoudsprocedure |
|---|---|
| Na de eerste 20 bedrijfsuren |
|
| Om de 100 bedrijfsuren |
|
Waarschuwing
De olie kan heet zijn nadat de motor heeft gelopen; contact met hete olie kan ernstige brandwonden veroorzaken.
Vermijd contact met hete motorolie als u deze aftapt.
-
Zet de motor uit en wacht totdat alle bewegende onderdelen tot stilstand gekomen zijn; raadpleeg De machine klaarmaken voor onderhoud.
-
Til de motor van de grond en zet een opvangbak onder de aftapplug om de olie op te vangen.
-
Verwijder de aftapplug (Figuur 15).
-
Als alle olie is afgetapt, laat u de motor op de grond zakken, plaatst u de aftapplug en ring terug, en zet u de plug vast met een torsie van 18 N·m.
Note: Geef de oude olie af bij een erkend recyclingcentrum.
-
Verwijder de peilstok en giet langzaam olie in de vulopening totdat de olie het juiste peil bereikt heeft.
-
Zorg ervoor dat de olie het juiste niveau heeft op de peilstok; raadpleeg Het motoroliepeil controleren.
-
Plaats de peilstok terug en bevestig hem.
-
Veeg eventueel gemorste olie weg.
-
Sluit de bougiekabel aan op de bougie.
Onderhoud van het luchtfilter
| Onderhoudsinterval | Onderhoudsprocedure |
|---|---|
| Bij elk gebruik of dagelijks |
|
| Om de 50 bedrijfsuren |
|
| Om de 300 bedrijfsuren |
|
Important: Laat de motor nooit zonder luchtfilter draaien; dit veroorzaakt ernstige motorschade.
-
Zet de motor uit en wacht totdat alle bewegende onderdelen tot stilstand gekomen zijn; raadpleeg De machine klaarmaken voor onderhoud.
-
Draai de vleugelmoer los waarmee het luchtfilterdeksel vastzit (Figuur 17).
-
Verwijder het luchtfilterdeksel.
Note: Zorg ervoor dat er geen vuil van het luchtfilterdeksel in de basis valt.
-
Verwijder het schuimelement en het papierelement uit de basis.
-
Trek het schuimelement van het papierelement.
-
Inspecteer het schuimelement en het papierelement; vervang deze als ze beschadigd is of heel erg vuil.

-
Reinig het papierelement door er voorzichtig op te kloppen en het stof te verwijderen.
Note: Probeer het papierelement niet schoon te borstelen; hierdoor dringt er vuil in de vezels. Vervang het element als u het niet kunt reinigen door erop te kloppen.
-
Reinig het schuimelement met warm water en zeep of in een niet-ontvlambaar oplosmiddel.
Note: Gebruik geen benzine om het schuimelement te reinigen; dit kan brand- of ontploffingsgevaar veroorzaken.
-
Spoel en droog het schuimelement grondig.
-
Veeg het vuil met een vochtige doek van de basis en het deksel.
Note: Zorg ervoor dat er geen vuil terechtkomt in het luchtkanaal dat naar de carburateur leidt.
-
Monteer de luchtfilterelementen en zorg dat ze juist geplaatst zijn. Monteer de onderste vleugelmoer.
-
Monteer het deksel en monteer de bovenste vleugelmoer om het te bevestigen.
Onderhoud van de bougie
| Onderhoudsinterval | Onderhoudsprocedure |
|---|---|
| Om de 100 bedrijfsuren |
|
| Om de 300 bedrijfsuren |
|
Gebruik een NGK BPR6ESbougie of een bougie van een equivalent type.
-
Zet de motor uit en wacht totdat alle bewegende onderdelen tot stilstand gekomen zijn; raadpleeg De machine klaarmaken voor onderhoud.
-
Maak de omgeving van de bougie schoon.
-
Haal de bougie uit de cilinderkop.
Important: Als de bougie gebarsten of vuil is, moet deze worden vervangen. U mag de elektroden niet zandstralen, afkrabben of reinigen omdat hierdoor gruis kan losraken en in de cilinder terechtkomen. Dit kan leiden tot beschadiging van de motor.
-
Stel de elektrodenafstand op 0,7 tot 0,8 mm

-
Monteer de bougie voorzichtig met de hand (om beschadiging van de schroefdraad te voorkomen).
-
Draai een nieuwe bougie nog eens ½ slag vast; draai andere bougies nog ⅛ tot ¼ slag vaster.
Important: Een losse bougie kan erg heet worden en de motor beschadigen; een bougie te vast draaien kan de schroefdraad in de cilinderkop beschadigen.
-
Sluit de bougiekabel aan op de bougie.













