De geluiddempingsset kan worden gemonteerd op de volgende:
tractie-eenheden (modellen 31903 en 31909)
koudestendige kap (model 31990)
Parkeer de machine op een horizontaal oppervlak.
Stel de parkeerrem in werking.
Laat het werktuig zakken.
Zet de motor af en verwijder het sleuteltje.
Koppel de accu los; raadpleeg het onderdeel onderhoud elektrisch systeem in uw Gebruikershandleiding.
Benodigde onderdelen voor deze stap:
Stuurplug | 1 |
Bovenste stuurplug | 1 |
Onderste stuurplug | 1 |
Stuurkussen | 1 |
Plug van bevestigingslip | 3 |
Vloerkussen voor hoek | 1 |
Middelste vloerkussen | 1 |
Remplug – 7,6 cm breed | 1 |
Remplug – 3,1 cm breed | 1 |
Rolbeugelplug | 4 |
Kussen stoelbasis (dun) | 1 |
Kussen stoelbasis (dik) | 1 |
Stoelkussen | 1 |
Achterruitkussen | 1 |
Onderste brandschotkussen | 1 |
Bovenste brandschotkussen | 1 |
Kussen van brandschottegel | 1 |
Bovenste remschuim | 1 |
Onderste remschuim | 1 |
Rechter hoekkussen | 1 |
Linker hoekkussen | 1 |
Verwijder de bevestigingen en til de stuurkap uit de weg (Figuur 1).
Note: Bij het monteren van de plugs/kussens in deze procedure kunt u een touw gebruiken om de stuurkap aan het stuurwiel te bevestigen.
Snij de bovenste en onderste plug van de stuurkolom door met een breekmes; zie Figuur 2.
Verwijder de rug van de zelfklevende zijde van de 2 plugs; zie Figuur 3.
Monteer de bovenste stuurplug (Figuur 4).
Monteer de onderste stuurplug zoals weergegeven in Figuur 5. Zorg dat deze vastzit aan de bovenste stuurplug.
Verwijder de rug en breng het stuurkussen aan (Figuur 6).
Verwijder de rug en breng de 3 plugs van de bevestigingslip aan over de openingen in het vloerdeel (Figuur 6).
Verwijder de rug en breng de stuurplug aan op de stuurkap (Figuur 7).
Figuur 8 is een bovenaanzicht van de stuurplug die in de stuurkap gemonteerd is.
Monteer de stuurkap (Figuur 9).
Ga als volgt te werk om de stoel van de stoelbasis te nemen:
Verwijder de moeren waarmee de stoel aan de stoelbasis is bevestigd (Figuur 12).
Note: Bewaar de moeren.
Koppel eventuele kabelbomen van de stoel af.
Verwijder de stoel van de stoelbasis.
Let op de plaats waar de stoel op de stoelbasis stond: u moet de stoel later in dezelfde openingen monteren.
Om de stoelkussens te monteren (stap 1 tot 3), moet u iemand vragen om de stoel boven de stoelbasis te houden.
Verwijder de druknagels waarmee de remkap aan de vloer is bevestigd (Figuur 13).
Linkerkant van de remkap: snij de plugs.
Rechterkant van de remkap: trek de plugs uit de kap en bewaar de plugs.
Verwijder de remkap.
Als de optionele USB-oplaadpoort gemonteerd is, voert u de volgende stappen uit:
Koppel de 2 kabelboomaansluitingen af van het USB-aansluitpunt in de remkap.
Verwijder het USB-aansluitpunt van de remkap.
Verwijder de rug en breng de remplugs aan (Figuur 14).
Verwijder de rug van het schuim van de bovenste remkap, en breng het aan op de remkap (Figuur 15).
Figuur 16 toont een bovenaanzicht en een zijdelingse doorsnede van het schuim dat in de kap gemonteerd is.
Verwijder de rug van de onderzijde van het schuim van de bovenste remkap (Figuur 15).
Breng het schuim van de onderste remkap aan op het schuim van de bovenste remkap (Figuur 15 en Figuur 16).
Als de optionele USB-oplaadpoort gemonteerd is, voert u de volgende stappen uit:
Breng het USB-aansluitpunt aan in de remkap.
Koppel de 2 aansluitingen van de machinekabelboom aan op de USB-poort.
Monteer de remkap met de 2 druknagels die u eerder verwijderd hebt (Figuur 13).
Verwijder de rug en breng de hoekkussens aan zoals getoond in Figuur 21.
Plaats de pluggen van de rolbeugel in de rolbeugelbuizen (Figuur 22).
Benodigde onderdelen voor deze stap:
Kussen van achterste stang | 2 |
Zijkussen van linkerdeur | 1 |
Zijkussen van rechterdeur | 1 |
Bovenste plafondkussen | 1 |
Onderste plafondkussen | 1 |
Kussen van bevestigingspaneel | 2 |
Kussen van linker achterste stang | 1 |
Kussen van rechter achterste stang | 1 |
Geluiddempend paneel links | 1 |
Geluiddempend paneel rechts | 1 |
Kussen van linker buitenste stang | 1 |
Kussen van rechter buitenste stang | 1 |
Verwijder de achterkappen van de cabine (Figuur 23 en Figuur 24).
Note: Bewaar de bouten.
Monteer de kussens van de achterste stang over de slangen en kabelboom (Figuur 25).
Verwijder de rug en monteer de geluiddempende panelen en de kussens van de buitenste stang op de kappen van de achterste stang; zie Figuur 26 en Figuur 27.
Figuur 27 toont de juiste manier om de kussens van de buitenste stang en de geluiddempende panelen aan te brengen op de kappen van de achterste stang.
Monteer de kap van de achterste stang (d.w.z. het kussen van de buitenste stang, de kap van de achterste stang, en de geluiddempende panelen) op de beugel van het bevestigingspaneel; gebruik hierbij de bouten die u eerder verwijderd hebt (Figuur 28).
Monteer de kap met het kussen van de buitenste stang naar de bestuurder toe.
Verwijder de rug en breng de rolbeugelkussens aan op de rolbeugelbevestigingen (Figuur 29).
Verwijder de rug en breng het onderste plafondkussen aan boven de achterruit van de cabine (Figuur 30).
Verwijder de rug en breng het bovenste plafondkussen aan op de montagebeugel van de rolbeugel (Figuur 31).
Verwijder de rug en breng de zijkussens van de deuren aan zoals getoond in Figuur 32.
Verwijder de rug en monteer de kussens van het bevestigingspaneel aan de zijkanten van het bedieningspaneel van de cabine; zie Figuur 33.
Bevestig de stoel aan de stoelbasis; gebruik hierbij de moeren die u eerder verwijderd hebt.
U dient de stoel in de openingen te monteren waaruit u het bevestigingsmateriaal hebt verwijderd in De bestuurdersstoel verwijderen.
Sluit eventuele afgekoppelde kabelbomen terug aan op de stoel.
Breng de rubberen vloermat aan op de vloer van de machine (Figuur 35).
Sluit de accu aan; raadpleeg het onderdeel onderhoud elektrisch systeem in de Gebruikershandleiding van uw machine.