Parkeer de machine op een horizontaal oppervlak.
Stel de parkeerrem in werking.
Breng de maai-eenheden omlaag.
Schakel de machine uit en verwijder het contactsleuteltje.
Koppel de hoofdstroomaansluitingen los; raadpleeg de Gebruikershandleiding van uw machine.
Let op de kabelgeleiding van de motor naar de console. De nieuwe kabel volgt dezelfde geleidingsrichting als de oude kabel.
Til de motorkap op.
Verwijder het bevestigingsmateriaal waarmee de chokekabel is bevestigd aan de motor (Figuur 1).
Verwijder de chokekabel van de motor.
Benodigde onderdelen voor deze stap:
Chokekabel | 1 |
Kabelbinder | 3 |
Afstandsstuk | 2 |
Ring | 1 |
Bout | 1 |
Moer | 1 |
Raadpleeg Figuur 2 voor deze procedure.
Gebruik de eerder verwijderde bouten en plaatmoeren om de chokekabel aan de consoleplaat te bevestigen.
Gebruik de eerder verwijderde 10 bolkopschroeven om de consoleplaat te bevestigen aan de console.
Leid de chokekabel zoals wordt getoond in Figuur 3.
Note: De nieuwe kabel volgt dezelfde geleidingsrichting als de oude kabel.
Zet de chokehendel helemaal OPEN.
Gebruik de bout, afstandsstukken, ring en moer om de chokekabel aan de chokehendel bij de carburateur te bevestigen (Figuur 1).
Zet de chokehendel aan de carburateur helemaal DICHT.
Monteer kabelbinders om de chokekabel op zijn plaats te bevestigen zoals getoond in Figuur 3.