Parkeer de machine op een horizontaal oppervlak.
Breng de maai-eenheden omlaag.
Stel de parkeerrem in werking.
Schakel de machine uit en verwijder het contactsleuteltje.
Koppel de hoofdstroomaansluitingen af; raadpleeg de Gebruikershandleiding van de machine.
Verwijder de rechterkap van de machine (Figuur 1).
Verwijder de relais in Figuur 2 door de drie bouten en moeren te verwijderen. Bewaar de bouten en moeren voor latere montage.
Note: Markeer de relais wanneer u ze verwijdert zodat ze later gemakkelijk kunnen worden geïnstalleerd.
Benodigde onderdelen voor deze stap:
Relaisbeugel | 1 |
Bout (¼" x ½") | 2 |
Borgmoer (¼") | 2 |
Gebruik de twee bouten (¼" x ½") en twee borgmoeren (¼") om de relaisbeugel te bevestigen aan de eerdere relaismontagegaten zoals getoond inFiguur 3.
Monteer de drie relais die u hebt verwijderd inDe relais verwijderen aan de relaisbeugel met behulp van het bewaarde bevestigingsmateriaal (Figuur 4).
Note: Gebruik de sleuven in de relaisbeugel om de relais te oriënteren (4 in Figuur 4).
Benodigde onderdelen voor deze stap:
Kabelbinder om in te drukken | 1 |
Leid de kabelboom van de stuurkolom naar de zijkant van de relaisbeugel en bevestig hem met de kabelbinder (Figuur 5).
De stuurkabelboom moet rond de relaisbeugel worden geleid.
Monteer de rechterkap; zie Figuur 1.
Sluit de hoofdstroomaansluitingen aan; raadpleeg de Gebruikershandleiding van de machine.