Borstelset voor achterrol

Reelmaster® 3550-serie maaidekken van 46 cm met messenkooi van 12,7 cm en universele groomer

Model No. 03657-Serial No. and Up

Dit product voldoet aan alle relevante Europese richtlijnen. Voor meer informatie, zie de inbouwverklaring aan het einde van deze handleiding.

Installatie

Note: Installeer eerst de universele groomer-set volgens de montagehandleiding van de groomer.

Important: Gebruik de borstelset voor de achterrol uitsluitend in het maaihoogtebereik van 6 tot 25 mm. Gebruik de borstel voor hoge maaihoogte als u hoger dan 25 mm maait. Raadpleeg de procedure 'De borstel voor hoge maaihoogte monteren (optioneel)'.

Note: Bepaal de linker- en rechterzijde van het maaidek van achter het maaidek.

De oriëntatie van de rolborstel bepalen

Alle maaidekken worden geleverd met het contragewicht gemonteerd aan het linkeruiteinde van het maaidek. Bepaal de plaats van de rolborstel en de messenkooimotoren aan de hand van Figuur 1.

g027187

Figuur 1

  1. Maai-eenheid 1
  2. Maai-eenheid 2
  3. Maai-eenheid 3
  4. Maai-eenheid 4
  5. Maai-eenheid 5
  6. Motor van de messenkooi
  7. Aandrijving rechter rolborstel
  8. Aandrijving linker rolborstel

Note: In deze instructies en afbeeldingen wordt de montage van de set getoond op een maaidek waarbij de universele groomer aan het linker uiteinde van het maaidek is gemonteerd.

De set monteren

Benodigde onderdelen voor deze stap:

Rolborstel 5
Borgring5
Rechter riemdeksel/plaat2
Linker riemdeksel/plaat3
90° smeernippel5
Slotbout10
Gewicht10
Borgmoer10
Aandrijfpoelie 5
Inbusbout (5/16" x ½")15
Riem 5
Sluitring (indien nodig voor riemafstelling) 5
Gereedschap voor het uitlijnen van de riem1
Voorbumper1
Ring2
Achterbumper1

De smeernippel monteren

  1. Verwijder de smeernippel van de rol aan de kant van het maaidek met de rolborstelbehuizing (Figuur 3).

    g032170

    Figuur 2

    1. Smeernippel

  2. Monteer de 90°-smeernippel zodanig dat deze naar achteren wijst (Figuur 2).

    g032171

    Figuur 3

    1. Afstandsstuk van 6 mm
    2. Montageflens van zijplaat
    3. Smeernippel (90°)
    4. Flensborgmoeren (verwijderen)

De gewichten monteren

Monteer de gewichten aan de maaidekken zoals getoond in Figuur 4.

g391551

Figuur 4

  1. Slotbouten (5/16" x 1")
  2. Flensmoeren (5/16"), draai vast met een torsie van 20 tot 26 N·m.
  3. Gewichten

De rolborstel monteren

  1. Verwijder de 2 flensborgmoeren waarmee de rolbeugels aan de zijplaten zijn bevestigd, en verwijder ook afstandsstukken van 6 mm die zich aan de bovenkant van de montageflens van de zijplaat bevinden (Figuur 3).

    Note: Verwijder de bouten niet. Bewaar de flensborgmoeren voor latere montage.

  2. Plaats de montagebeugels van de linker of rechter rolborstel op de bouten van de rolbeugel (Figuur 5).

    g033296

    Figuur 5

    1. Linker rolborstel
    2. Montagebeugel van rolborstel

    Important: Bevestig de montagebeugels van de rolborstel direct op het bovenste oppervlak van de montageflens op de zijplaat van het maaidek. Plaats geen afstandsstukken tussen de montagebeugels van de rolborstel en de montageflenzen van de zijplaat. Bewaar de extra afstandsstukken van 6 mm voor eventueel later gebruik.

  3. Bevestig de montagebeugels van de rolborstel losjes aan de zijplaten van het maaidek met de moeren die u eerder hebt verwijderd.

  4. Schuif de afdichting naar buiten tot de lipafdichtingen de lagerbehuizingen licht raken (Figuur 6).

    g033201

    Figuur 6

    1. Lagerbehuizing
    2. Afdichting

De rolborstelbehuizing monteren

  1. Verwijder de dop van de groomeraandrijving en gooi deze weg.

    g283858

    Figuur 7

    1. Dop

  2. Monteer de linker- of rechter-rolborstelbehuizing (Figuur 8).

    Note: Zorg ervoor dat de spanpoelie onderaan gemonteerd is; zie Figuur 8.

    g033300

    Figuur 8

    1. Rolborstelbehuizing
    2. Borgring
    3. Bout (2)
    4. Lagerbehuizing

  3. Breng Loctite 242 (blauw) aan op de 2 bouten (5/16" x ½") en gebruik ze voor het monteren van de rolborstelbehuizing op de lagerbehuizing (Figuur 8).

    Note: Draai de bouten vast met een torsie van 20 tot 26 N·m.

  4. Zet de rolborstelbehuizing vast op de behuizing van de groomer-aandrijving met de borgring (Figuur 8).

  5. Controleer dat de rolborstelbehuizing parallel staat met de zijplaat van het maaidek. De afstelling gaat als volgt:

    1. Draai de 2 flensborgmoeren los waarmee de montagebeugel van de rolborstel aan de zijplaat van het maaidek is bevestigd (Figuur 9).

    2. Draai de lagerbehuizing van de rolborstel tot de borstelplaat evenwijdig is aan de zijplaat van het maaidek (Figuur 9).

    3. Draai de 2 flensborgmoeren vast waarmee de montagebeugel van de rolborstel aan de zijplaat van het maaidek is bevestigd (Figuur 9).

    g033203

    Figuur 9

    1. Draai deze bouten los om de rolborstel te positioneren.
    2. Draai deze moeren los om ervoor te kunnen zorgen dat de rolborstelplaat evenwijdig zit.

De rolborstel positioneren

  1. Draai de 2 bouten los waarmee de lagerbehuizingen van de rolborstels aan de montagebeugel van de rolborstels zijn bevestigd (Figuur 9).

    Note: Deze bouten dienen bij levering los te zitten.

  2. Plaats de rolborstel zodanig dat hij de achterrol net raakt of erop rust (Figuur 10).

    Important: De schacht van de rolborstel mag geen contact maken met de zijplaat van het maaidek.

    Important: Als de borstel zwaar op de rol drukt, slijt de borstel sneller.

    g027303

    Figuur 10

    1. Lagerbehuizing (niet alle onderdelen zijn afgebeeld)
    2. Zijplaat
    3. Rolborstel
    4. Zorg ervoor dat hier genoeg ruimte is.
    5. Licht contact
    6. Achterrol
    7. Smeernippel

    Note: De schacht van de rolborstel moet zich evenwijdig aan de achterrol bevinden.

    Important: Plaats de beide lagerbehuizingen van de rolborstels evenwijdig met de grond om ervoor te zorgen dat er speling is voor de smeernippel van de achterrol.

  3. Draai de 2 bouten vast waarmee de lagerbehuizingen van de rolborstels aan de montagebeugels van de rolborstels zijn bevestigd.

De aandrijfpoelie monteren

  1. Zet de messenkooi vast voordat u de poelie monteert; zie De messenkooi tegenhouden om inzetstukken met schroefdraad te monteren.

  2. Monteer de aandrijfpoelie op de groomeras (Figuur 11).

    g033204

    Figuur 11

    1. Aandrijfpoelie
    2. Inbusbout – draai vast met een torsie van 20 tot 26 N·m.

  3. Breng blauwe Loctite 242 aan op de inbusbout en gebruik de bout om de poelie aan de aandrijfas te bevestigen; zie Figuur 11.

    Note: Draai de bout vast met een torsie van 20 tot 26 N·m.

    Important: Als u de bout niet goed vastdraait, zal de bout losraken.

De riem monteren

  1. Plaats de riem als volgt op de poelies:

    • Leg de riem rond de aandrijfpoelie en vervolgens over de bovenzijde van de spanpoelie (Figuur 12).

      g033205

      Figuur 12

      1. Aandrijfpoelie
      2. Spanpoelie
      3. Riem
      4. Aangedreven poelie

    • Begin de riem aan te brengen op de aangedreven poelie (Figuur 13).

    • Gebruik een 9/16" diepe dop om de borstel te draaien en de riem om de aangedreven poelie te leiden (Figuur 13).

      g033206

      Figuur 13

      1. Riem
      2. 9/16" diepe dop

    Important: Controleer of de ribbels op de riem goed in de groeven van de poelies zitten en dat de riem zich in het midden van de spanpoelie bevindt.

  2. Druk de spanpoelie omlaag om te controleren of het geheel vrij kan draaien.

De montage voltooien

  1. Controleer de uitlijning van de riem en de poelies als volgt:

    Note: De riem moet de juiste spanning hebben voordat u de uitlijning controleert.

    • Leg het uitlijngereedschap tegen het buiten oppervlak van de aandrijfpoelie (Figuur 14). Leg de richtliniaal niet over beide poelies.

    • De buitenvlakken van de aandrijfpoelie en de aangedreven poelie moeten op één lijn staan, met een maximale speling van 0,76 mm.

    • Als de poelies niet uitgelijnd zijn: zie Controle en afstelling van de uitlijning van de poelie.

    • Als de poelies op één lijn staan, gaat u verder met de installatie.

    • Gebruik de spanpoelie niet om de uitlijning te controleren.

      Important: De riem kan het voortijdig begeven als de poelies niet goed zijn uitgelijnd.

      g283870

      Figuur 14

  2. Lijn de riemkap uit met de bevestigingsgaten en zet de afdekking vast met 4 bouten (Figuur 15).

    Important: Draai de bouten niet te hard aan, dat zou kunnen leiden tot schade aan de kap.

    g033208

    Figuur 15

    1. Metalen kap
    2. Plastic kap
    3. Schroef (4)

  3. Draai de moeren aan waarmee de borsteleenheid montagehoeken zijn bevestigd op de zijplaten van het maaidek.

  4. Smeer de smeernippels op de beide lagerbehuizingen van de rolborstels met nr. 2 vet op basis van lithium (Figuur 16).

    Note: Veeg eventueel overtollig vet weg, met name rond de afdichtingen.

    g033209

    Figuur 16

De bumpers monteren

  1. Laat de maaidekken neer op de grond.

  2. Verwijder de aanwezige flensbouten en ronde bumpers (Figuur 17).

    Note: Bewaar de flensbouten voor de montage van de voorbumper. Gooi de ronde bumpers weg.

    g033297

    Figuur 17

    1. Flenskopbout, aanwezig (2)
    2. Ronde bumper, aanwezig (2): weggooien

  3. Breng Loctite 242 (blauw) aan op de draad van de bouten.

  4. Monteer de voorbumper-eenheid en de onderlegringen losjes, zoals getoond in Figuur 18.

    g033298

    Figuur 18

    1. Flenskopbout, aanwezig (2)
    2. Ring (2)
    3. Voorbumper

  5. Stel de voorbumper zo in dat deze de behuizingen van de achterste rolborstels raakt als de maaidekken geheven en horizontaal zijn.

    Note: Als de bumper in de juiste positie is, draai de bouten dan vast met 91 tot 113 N·m.

  6. Monteer de voorste bumper-eenheid zoals getoond in Figuur 19.

    g033299

    Figuur 19

    1. Flenskopbout (2)
    2. Achterbumper
    3. Borgmoer

De borstel voor hoge maaihoogte monteren (optioneel)

Benodigde onderdelen voor deze stap:

Borstel voor hoge maaihoogte (optioneel)—

Monteer de borstel voor hoge maaihoogte (wordt afzonderlijk verkocht) als de maaihoogte 2,5 cm of meer bedraagt (5 of meer afstandsstukken gemonteerd onder de zijplaat).

  1. Als er een rolborstel is geplaatst op het maaidek, verwijdert u de 2 bouten, ringen en moeren waarmee de lagerbehuizing van de niet-aangedreven zijde is bevestigd aan de montagebeugel van de lagerbehuizing (Figuur 20 en Figuur 21).

    g033282

    Figuur 20

    1. Lagerbehuizing niet-aangedreven zijde

  2. Schuif de lagerbehuizing van de niet-aangedreven rolborstel en de afdichting van de borstelschacht af (Figuur 21).

    g033283

    Figuur 21

    1. Lagerbehuizing niet-aangedreven zijde
    2. Afdichting
    3. As rolborstel

  3. Verwijder de twee J-bouten en moeren (Figuur 22).

  4. Schuif de bestaande borstel van de borstelas af (Figuur 22).

  5. Draai de twee bouten, ringen en moeren los waarmee de lagerbehuizing van de aandrijving is bevestigd aan de montagebeugel van de lagerbehuizing (Figuur 22).

  6. Schuif de borstel voor hoge maaihoogte op de borstelas (Figuur 22).

  7. Klem de borstel op de as met de 2 J-bouten en moeren die u eerder verwijderd hebt (Figuur 22).

    Important: Steek het uiteinde met schroefdraad van de J-bouten door de buitenste openingen van de borstelas waarbij u de gebogen uiteinden van de J-bouten in de binnenste openingen haakt.

  8. Draai de J-bout borgmoeren vast met een torsie van 2 tot 3 N·m.

    g027202

    Figuur 22

    1. Borstel voor hoge maaihoogte
    2. J-bouten
    3. Draai deze bouten los.

  9. Plaats de afdichting en de niet-aangedreven lagerbehuizing op de borstelschacht (Figuur 21).

  10. Monteer de niet-aangedreven lagerbehuizing op de montagebeugel van de lagerbehuizing met de twee bouten, ringen en moeren die u eerder hebt verwijderd.

    Note: Zorg dat de afdichtveer er niet af raakt.

  11. Draai de twee bouten, ringen en moeren vast waarmee de lagerbehuizing van de aandrijving is bevestigd aan de montagebeugel van de lagerbehuizing.

Onderhoud

  • Controleer of de borstel evenwijdig is aan de rol en licht contact maakt of een speling heeft van maximaal 1,5 mm.

  • Smeer de nippels elke 50 uur of na elke wasbeurt.

  • Draai bij het vervangen van de rolborstel de J-bouten vast met een torsie van 2-3 N·m.

  • Draai bij het vervangen van de aangedreven poelie van de borstelas de moer vast met een torsie van 20-26 N·m.

  • Breng bij het vervangen van de aandrijfpoelie van de borstel blauwe Loctite 242 aan en draai de bout vast met een torsie van 20-26 N·m.

Note: De rolborstel, het lager van de spanpoelie en de riem moeten na verloop van tijd vervangen worden.

Controle en afstelling van de uitlijning van de poelie

  1. De aangedreven poelie (bij de as van de rolborstel) kan naar binnen of naar buiten bewegen (Figuur 23).

    Note: Stel vast in welke richting de poelie moet bewegen.

    g033210

    Figuur 23

    1. Aangedreven poelie
    2. Spanpoelie
    3. Moer van aangedreven poelie

  2. Draai de messenkooi die de aandrijfpoelie laat draaien en verwijder de riem van de poelie (Figuur 23).

    Note: Draag een dikke handschoen of gebruik een stevige doek om de messenkooi te draaien.

  3. Verwijder de borgmoer waarmee de aangedreven poelie op de borstelas is bevestigd (Figuur 23 of Figuur 24).

    Note: Plaats een ½" moersleutel op de platte delen van de as van de rolborstel zodat deze niet meedraait.

  4. Verwijder de aangedreven poelie van de as (Figuur 24).

  5. Als de poelie naar buiten moet bewegen, voegt u een ring van 0,8 mm dik toe (Figuur 24).

    Note: Als de poelie naar binnen moet bewegen, verwijdert u de bestaande ring van 0,8 mm dik.

  6. Monteer de poelie.

    g033211

    Figuur 24

    1. Borgmoer
    2. Aangedreven poelie
    3. Ring – 0,8 mm dik
    4. Afstandsstuk
    5. Borstelas

  7. Bevestig de aangedreven poelie op de as met de eerder verwijderde flensmoer (⅜–16) terwijl u de platte delen van de as van de rolborstel tegenhoudt.

    Note: Plaats de borgmoer en draai deze vast met een torsie van 20 tot 26 N·m.

  8. Plaats de riem als volgt op de poelies:

    1. Leg de riem rond de aandrijfpoelie en vervolgens over de bovenzijde van de spanpoelie (Figuur 25).

      g033205

      Figuur 25

      1. Aandrijfpoelie
      2. Spanpoelie
      3. Aangedreven poelie
      4. Riem

    2. Begin de riem aan te brengen op de aangedreven poelie (Figuur 25).

    3. Gebruik een 9/16" diepe dop om de borstel te draaien en de riem om de aangedreven poelie te leiden (Figuur 26).

      g033206

      Figuur 26

      1. Riem
      2. 9/16" diepe dop

    Important: Controleer of de ribbels op de riem goed in de groeven van de poelies zitten en dat de riem zich in het midden van de spanpoelie bevindt.

  9. Controleer de uitlijning van de poelies nogmaals en herhaal deze procedure indien nodig.

    g283870

    Figuur 27

De messenkooi tegenhouden

Waarschuwing

De messen van de messenkooi zijn scherp en kunnen handen of voeten afsnijden.

  • Houd uw handen en voeten uit de messenkooi.

  • Zorg ervoor dat de messenkooi wordt tegengehouden voordat u er servicewerkzaamheden aan verricht.

De messenkooi tegenhouden om inzetstukken met schroefdraad te verwijderen

  1. Maak de bout van het scherm aan de linkerzijde van de maai-eenheid los en breng het achterscherm omhoog (Figuur 28).

  2. Steek een rolkoevoet met lange steel (3/8 x 12 inch met schroevendraaierhandgreep wordt aanbevolen) door de achterkant van de messenkooi, het dichtst bij de zijde van de maai-eenheid die u gaat vastdraaien (Figuur 28).

  3. Plaats het breekijzer tegen de gelaste zijde van de steunplaat van de messenkooi (Figuur 28).

    Note: Steek het breekijzer tussen de bovenkant van de as van de messenkooi en de achterkant van 2 messenkooimessen zodat de messenkooi niet kan bewegen.

    Important: Raak de snijrand van de messen niet aan met het breekijzer; dit kan de snijrand beschadigen en/of ervoor zorgen dat het mes te hoog komt te zitten.

    Important: Het inzetstuk aan de linkerkant van de maai-eenheid heeft een linkse schroefdraad. Het inzetstuk aan de rechterkant van de maai-eenheid heeft een rechtse schroefdraad.

    g280383

    Figuur 28

    1. Inzetstuk met schroefdraad voor verwijdering
    2. Maak de bout van het scherm los.
    3. Achterscherm
    4. As van messenkooi
    5. Steunplaat van messenkooi
    6. Breekijzer aangebracht langs de gelaste zijde van de steunplaat van de messenkooi.

  4. Laat de handgreep van het breekijzer rusten tegen de achterol.

  5. Voltooi de verwijdering van het inzetstuk met schroefdraad terwijl u ervoor zorgt dat het breekijzer op zijn plaats blijft zitten. Verwijder daarna het breekijzer.

  6. Laat het achterscherm naar beneden en maak de bout van het scherm vast.

De messenkooi tegenhouden om inzetstukken met schroefdraad te monteren

  1. Steek een rolkoevoet met lange steel (3/8 x 12 inch met schroevendraaierhandgreep wordt aanbevolen) door de voorkant van de messenkooi, het dichtst bij de zijde van de maai-eenheid die u gaat vastdraaien (Figuur 29).

  2. Plaats het breekijzer tegen de gelaste zijde van de interne versterking van de messenkooi (Figuur 29).

    Note: Het breekijzer moet contact maken met een mes aan de voorkant, de as van de messenkooi en een mes aan de achterzijde van de messenkooi, waardoor deze op zijn plaats gehouden wordt.

    Important: Raak de snijrand van de messen niet aan met het breekijzer; dit kan de snijrand beschadigen en/of ervoor zorgen dat het mes te hoog komt te zitten.

    Important: Het inzetstuk aan de linkerkant van de maai-eenheid heeft een linkse schroefdraad. Het inzetstuk aan de rechterkant van de maai-eenheid heeft een rechtse schroefdraad.

    g280384

    Figuur 29

    1. Inzetstuk met schroefdraad voor montage
    2. As van messenkooi
    3. Gelaste zijde van steunplaat
    4. Breekijzer

  3. Laat de handgreep van het breekijzer rusten tegen de rol

  4. Voltooi de montage van het inzetstuk met schroefdraad volgens de montage-instructies van het inzetstuk en de vereiste torsie. Zorg er hierbij voor dat het breekijzer op zijn plaats blijft zitten. Verwijder daarna het breekijzer.