Important: Om deze set te monteren, moet u de afzonderlijke egalisatieset
voor de ultrasone spuitboom aanschaffen en monteren. Koop de volgende
egalisatieset voor uw machine:
|
Multi Pro 1750-machines – egalisatieset onderdeelnr. 130-8227
|
|
Multi Pro 5800-machines – egalisatieset
onderdeelnr. 130-8229
|
|
Multi Pro WM-machines – egalisatieset onderdeelnr. 133-2808
|
Note: Bepaal vanuit de normale bedieningspositie de linker- en rechterzijde
van de machine.
De machine klaarmaken voor de montage
-
Maak de buitenkant van de machine en de spuitmachine
schoon; raadpleeg de Gebruikershandleiding van
uw machine.
-
Parkeer het voertuig op een horizontaal oppervlak,
zet de motor uit, stel de parkeerrem in werking en verwijder het sleuteltje.
Voorzichtig
Als u het sleuteltje in het contact laat, bestaat de kans dat
iemand de motor per ongeluk start waardoor u en andere omstanders
ernstig letsel kunnen oplopen.
Verwijder het sleuteltje uit het contact voordat u de set monteert.
-
Maak de minkabel los van de accu; raadpleeg de Gebruikershandleiding van uw machine.
Het bevestigingshengsel voor de sensor monteren
Benodigde onderdelen voor deze stap:
| Hengsel | 2 |
| Hoekband (machines zonder bedekte spuitbomen) | 2 |
| Hoekband (machines met bedekte spuitbomen) | 2 |
| Bovenste of onderste band | 2 |
| Drukveer | 4 |
| Draaibus | 8 |
| Bout (5/16" x 3¼") | 4 |
| Platte ring | 12 |
| Borgmoer (5/16") | 4 |
Note: De montage van de sensorapparatuur is afhankelijk van of de
bedekte spuitboom (model 41602) is geïnstalleerd.
-
Stel de hengsels en banden op zoals afgebeeld in Figuur 2 (voor een
onbedekte spuitboom) of Figuur 3 (voor een bedekte spuitboom).
Note: Er bevinden zich 2 sets van 2 hoekbanden tussen de losse onderdelen.
De ene set is voor een onbedekte en de andere voor een bedekte spuitboom.
U zult één van de 2 sets hoekbanden (die voor de onbedekte
of die voor de bedekte spuitboom) niet nodig hebben voor uw machine.
Note: De bovenste banden voor onbedekte spuitbomen kunnen ook dienen
als onderste banden voor onbedekte spuitbomen.
-
Breng de bussen aan in de openingen
van de gelaste buizen in de hengsels en banden, zoals in Figuur 2 of Figuur 3.
-
Monteer een platte ring op elk van de 2 bouten (5/16" x 3¼").
-
Steek de bouten door de openingen van de gelaste buizen,
de hengsels en de banden; zie Figuur 4 of Figuur 5.
-
Breng een platte ring aan op de
uitstekende uiteindes van de bouten (Figuur 4 of Figuur 5).
-
Breng een veer aan op het uiteinde van de bouten (Figuur 4 of Figuur 5).
-
Monteer een platte ring en een borgmoer op de uiteindes
van de bouten (Figuur 4 of Figuur 5), en draai de borgmoeren aan tot er geen speling meer
is op de veer.
Note: Zorg ervoor dat de hengsels niet te vast zijn; anders kunnen
de gemonteerde sensors niet meer vrij ronddraaien op de hengsels.
De veren van het spuitboomscharnier afstellen
Important: Als het spuitsysteem wordt gebruikt terwijl de veren van het
spuitboomscharnier de verkeerde compressie hebben, kan de spuitboom
schade oplopen. Meet de veren en draai indien nodig de contramoer
aan om de veren samen te drukken tot 36 mm.
Vraag een andere persoon om hulp of gebruik een takel om de
spuitboom te ondersteunen terwijl u de veerhoogte van het spuitboomscharnier
afstelt.
-
Klap de buitenste spuitbomen uit in de spuitstand
(horizontaal).
-
Ondersteun de spuitbomen terwijl u de veerhoogte afstelt.
-
Bij de draaibeugel en het scharnier
voor de buitenste spuitboom: stel de contramoer van de bovenste veer
zo af dat de hoogte van de samengedrukte veer 36 mm is.
-
Stel de contramoer van de onderste
veer zo af dat de hoogte van de samengedrukte veer 36 mm bedraagt.
-
Herhaal stappen 3 en 4 voor de bovenste en onderste
veer aan de andere buitenste spuitboom.
-
Meet bij het spuitboomscharnier de compressie van
de bovenste en de onderste veren als de spuitbomen zijn uitgeklapt
(Figuur 6).
-
Druk alle veren samen tot ze 36 mm zijn.
-
Draai de contramoer aan om een veer die langer is
dan 36 mm samen te drukken.
De spuitbomen afstellen
Note: Voor deze procedure hebt u 2 houtblokken van ongeveer 10 cm
hoog nodig.
De spuitbomen zijn in de fabriek zo afgesteld dat ze niet verder
naar beneden kunnen dan de horizontale positie. Om de ultrasone spuitboomset
toe te laten een gelijke afstand te behouden tussen de spuitdoppen
en de grond als de grond naar beneden helt, moet u het ondersteuningssysteem
van de spuitboom zo afstellen dat de spuitbomen verder kunnen dan
de horizontale positie.
-
Breng de spuitbomen omhoog en laat ze rusten op de
transportdragers.
-
Verwijder aan de draaibeugels van
de buitenste spuitbomen de haarspeldveer en de gaffelpen waarmee het
stanguiteinde voor de hefcilinder bevestigd is aan de draaibeugel
(Figuur 7).
Note: Er mag niet meer dan 16 mm schroefdraad van het oog zichtbaar
zijn. Anders kan de ingedraaide schroefdraad met de stang loskomen.
-
Laat de buitenste spuitbomen voorzichtig op houten
blokken van ongeveer 10 cm hoog zakken; zie Figuur 8.
-
Schakel de machine in en schuif de hefcilinders volledig
uit.
-
Draai de contramoeren aan de stanguiteinden van de
hefcilinders los (Figuur 7).
-
Stel de stanguiteinden van de hefcilinders zo af dat
de openingen in de stanguiteinden overeenkomen met de openingen in
de draaibeugels van de spuitbomen (Figuur 7).
-
Bevestig aan de draaibeugels het stanguiteinde aan
de beugel; gebruik de gaffelpen die u verwijderd hebt in stap 2.
-
Bevestig de splitpennen aan de draaibeugels; gebruik
de haarspeldveren (Figuur 7) die u verwijderd hebt in stap 2.
-
Draai de contramoeren van de stangen vast (Figuur 7).
Het verdeelstuk van de hefcilinder vervangen
Benodigde onderdelen voor deze stap:
| Hydraulisch verdeelblok | 1 |
| Rechte hydraulische fitting | 4 |
Het verdeelstuk van de hefcilinder monteren
-
Markeer achteraan de spuitmachine de slangen aan poort P
en poort T van het verdeelstuk van de hefcilinder (Figuur 9).
-
Verwijder de slangen van de rechte hydraulische fittings
aan poort P en poort T van het verdeelstuk van de hefcilinder
(Figuur 9).
-
Verwijder de rechte hydraulische
fittings van poort P en poort T van het oude verdeelstuk
van de hefcilinder (Figuur 9).
-
Verwijder de diagnostische fitting
en dop van poort G van het oude verdeelstuk van de hefcilinder
(Figuur 10).
-
Monteer de rechte hydraulische fittings (Figuur 11) die u
verwijderd hebt in stap 3 op poort P en poort T
van het nieuwe verdeelstuk van de hefcilinder.
-
Sluit de 4 rechte hydraulische fittings van de nivelleerset
van de ultrasone spuitboom aan op poort C1, C2, C3 en C4 van
het nieuwe verdeelstuk van de hefcilinder (Figuur 11).
-
Monteer de diagnostische fitting en dop die u verwijderd
hebt in stap 4 op poort G van het nieuwe verdeelstuk van de hefcilinder
(Figuur 11).
Het verdeelstuk van de hefcilinder vervangen
-
Verwijder de afdekplaat van het hydraulische blok
(indien aanwezig) van het verdeelstuk van de hefcilinder.
-
Label alle slangen die verbonden zijn met het verdeelstuk
van de hefcilinder (poort C1, C2, C3 en C4) en maak ze los van
het verdeelstuk van de cilinder (Figuur 12).
-
Koppel de aansluitingen van de achterste kabelboom
af van de magneetkleppen van het verdeelstuk van de hefcilinder (Figuur 12).
-
Neem het verdeelstuk van de hefcilinder
uit de montagebeugel door 2 bouten en 2 borgmoeren te verwijderen
(Figuur 12).
Note: Bewaar de 2 bouten en 2 borgmoeren.
-
Vervang de montagebeugel voor het verdeelstuk van
de hefcilinder; raadpleeg de montage-instructies voor de egalisatieset
van de ultrasone spuitboom.
-
Multi Pro 1750-modellen –
egalisatieset onderdeelnr. 130-8227
-
Multi Pro 5800-modellen –
egalisatieset onderdeelnr. 130-8229
-
Multi Pro WM-modellen –
egalisatieset onderdeelnr. 133-2808
-
Monteer het nieuwe verdeelstuk van de hefcilinder
op de montagebeugel; gebruik de 2 bouten en 2 borgmoeren die u verwijderd
hebt in stap 4.
-
Monteer alle slangen op de fittings van het verdeelstuk
van de hefcilinder; ga als volgt te werk:
-
Sluit de tankslang (⅜") van het retourfilter
aan op poort T.
-
Sluit de drukslang (⅜") aan op poort P.
-
Sluit de slangen (¼") van de uitgaande
poorten van de spuitboomhefcilinders aan op poort C1 en C3 van
het verdeelstuk van de hefcilinder.
-
Sluit de slangen (¼") van de ingaande
poorten van de spuitboomhefcilinders aan op poort C2 en C4 van
het verdeelstuk van de hefcilinder.
Important: Zorg ervoor dat de slangen juist aangebracht zijn.
-
Het hydraulische systeem purgeren. Raadpleeg de Gebruikershandleiding.
Note: U zal de kabelboom van de ultrasone spuitboomset in De kabelboom aansluiten op het hefverdeelstuk van de spuitboom aankoppelen
op de magneetkleppen van het verdeelstuk van de hefcilinder.
De draagarmen van de spuitboom vervangen
Benodigde onderdelen voor deze stap:
| Draagarm van spuitboom | 2 |
| Doppen | 2 |
De nieuwe draagarmen laten de spuitbomen toe om samen te vouwen
zonder elkaar te raken. Zo wordt beschadiging van de op de spuitbomen
gemonteerde sensors voorkomen.
-
Verwijder de 2 draagarmen van de spuitboom door de
bout en moer te verwijderen (Figuur 14).
Note: Bewaar de bouten en moeren om de nieuwe draagarmen te monteren.
-
Monteer de nieuwe draagarmen van de spuitboom en bevestig
met de bout en moer die u eerder verwijderd hebt.
De ultrasone spuitboomsensors monteren
Benodigde onderdelen voor deze stap:
| Ultrasone spuitboomsensor | 2 |
| Beugel | 2 |
| Programmeerplug | 2 |
| Deksel sensor | 2 |
| Behuizing onderste sensor | 2 |
| Dopbuisje | 2 |
| Beschermbeugel van sensor | 2 |
| Sensorkabel (4 m) | 2 |
| Grote moer | 4 |
| U-bout | 6 |
| Borgmoer (¼") | 8 |
| Bout (5/16" x ¾") | 8 |
| Bout (5/16" x 1¼") | 4 |
| Borgmoer (5/16") | 12 |
| Kabelklemband | 12 |
De sensorbeugel monteren
-
Monteer bij de buitenste spuitdop
aan de voorkant van elke spuitboom een montagebeugel (Figuur 15 en Figuur 16); gebruik
3 U-bouten en 6 borgmoeren (¼").
-
Monteer de beschermbeugel van de sensor op de montagebeugel
met 2 bouten (5/16" x ¾") en 2 flensmoeren
(5/16") zoals getoond in Figuur 17.
-
Breng het bevestigingsmateriaal
van de sensor aan op de beschermbeugel van de sensor; gebruik hierbij
2 bouten (5/16" x ¾") en 2 borgmoeren (5/16")
zoals getoond in Figuur 18 (voor een onbedekte spuitboom) of Figuur 19 (voor een
bedekte spuitboom).
-
Herhaal stap 1 tot en met 3 voor de
buitenste spuitboom aan de andere kant van de machine.
De sensor monteren
Note: Zie Vóór de stalling voor de montage van de stofkap.
-
Monteer de behuizing van de onderste
sensor op het bevestigingsmateriaal van de sensor (Figuur 20); gebruik
hierbij 2 bouten (5/16" x 1¼") en 2 borgmoeren
(5/16").
-
Breng de sensor als volgt aan:
-
Monteer een grote moer op de sensor (Figuur 21).
-
Plaats de sensor in de onderste sensorbehuizing (Figuur 21).
-
Stel de moer zo af dat de sensor gelijk komt met de
onderkant van de onderste behuizing.
-
Monteer de andere grote moer op de sensor (Figuur 21).
-
Draai de moer vast tot 18 à 22 N·m.
Note: Gooi de borgringen die bij de sensors geleverd werden weg.
-
Plaats de instelplug op de sensor
(Figuur 22).
Important: Zorg ervoor dat de pijl onder de zijdelingse T uitgelijnd is
met de inkeping aan de bovenrand van de sensor (Figuur 22).
-
Herhaal stap 1 tot en met 3 voor de
buitenste spuitboom aan de andere kant van de machine.
De kabelboom en de bovenste behuizing monteren
-
Sluit de ronde connector met 4
contacten van de sensorkabelboom aan op de stekker met 4 pinnen van
de sensor (Figuur 23).
-
Leid de sensorkabelboom langs de voorkant van de buitenste
spuitboom, door de steunklem naar de kabelboomconnector met 4 contacten
voor de egalisatieset van de ultrasone spuitboom – aan de voorzijde
van het verdeelstuk van de hefcilinder (Figuur 24).
-
Sluit de stekkers met 4 pinnen van de kabelbomen voor
de linker- en rechtersensor aan op de kabelboomconnector met 4 contacten
van de egalisatieset voor de ultrasone spuitboom (Figuur 24); gebruik
hierbij de aanduidingen LEFT SONIC SENSOR (sonische sensor links) en RIGHT SONIC SENSOR (sonische sensor rechts).
-
Plaats de bovenste behuizing over de sensor en op
de onderste behuizing (Figuur 25).
Note: Zorg ervoor dat de draad van de sensor door de kleine opening
in het deksel loopt voordat u de bovenste behuizing aanbrengt.
-
Maak de draad die van de sensor
naar de spuitboom gaat vast met kabelbinders (Figuur 24).
Important: Hang de draad rond de sensor voldoende slap opdat de sensor
vrij kan draaien op het hengsel zonder dat de draad gespannen wordt.
-
Herhaal stap 1 tot en met 5 voor de buitenste
spuitboom aan de andere kant van de machine.
Note: Alleen voor bedekte spuitbomen: De sensors
mogen het spuitboomdeksel niet waarnemen; dit zou het signaal kunnen
verstoren. Als u tijdens de kalibrering problemen ondervindt, controleer
dan de sensors om zeker te zijn dat hun signaal het spuitboomdeksel
niet waarneemt.
De kabelboom aansluiten op het hefverdeelstuk van de spuitboom
-
Sluit vooraan het verdeelstuk van de hefcilinder de
4 elektrische connectors van de kabelboom voor de sonische spuitboom
aan op de magneetkleppen die de hefwerking van de spuitboom regelen;
zie Figuur 26.
-
Sluit achteraan het verdeelstuk van de hefcilinder
de 2 elektrische connectors van de kabelboom voor de sonische spuitboom
aan op de magneetkleppen waarmee de sonische spuitboom ingeschakeld
wordt; zie Figuur 27.
De elektronische bedieningsmodule monteren
Benodigde onderdelen voor deze stap:
| Elektronische bedieningsmodule | 1 |
| Bout (¼" x 1⅛") | 4 |
| Borgmoer (¼") | 4 |
De kabelboom aansluiten op de elektronische bedieningsmodule
Multi Pro 1750- en Multi Pro WM-machines
-
Leid de kabelboom voor de sonische spuitboom naar
het hydraulische verdeelstuk.
-
Sluit de connector met 50 contacten van de kabelboom
voor de sonische spuitboom aan op de stekker met 50 pinnen van de
elektronische bedieningsmodule, en bevestig de connectors met de inbusbout
(Figuur 28).
Note: De elektrische aansluiting van de bedieningsmodule heeft een
inkeping en kan op slechts één manier aangesloten worden.
-
Draai de inbusschroef vast met een torsie van 2,7
tot 3,2 N·m.
De bedieningsmodule op de machine monteren
Multi Pro 1750- en Multi Pro WM-machines
-
Lijn de elektronische bedieningsmodule uit met de
binnenkant van het scherm van de bedieningsmodule; zorg dat de buitenste
montageopeningen onderaan de bedieningsmodule overeenkomen met de
gaten in de onderste flens achteraan het scherm (Figuur 29).
-
Monteer de bedieningsmodule op het scherm; gebruik
hierbij 2 bouten (¼" x 1⅛") en 2
flensborgmoeren (¼") zoals afgebeeld in Figuur 29.
-
Verwijder de 2 flensborgmoeren
(5/16") waarmee de montagebeugel van de egalisatieset van de
ultrasone spuitboom bevestigd is aan de cilinderbevestiging (Figuur 30).
Note: Laat de montagebeugel op de cilinderbevestiging zitten.
-
Monteer het scherm van de bedieningsmodule (Figuur 30) op de
flenskopbout (5/16" x 1") in de onderste gaten
vooraan in het scherm, en bevestig het scherm, de beugel en de bevestiging
losjes met de 2 flensborgmoeren (5/16") die u verwijderd hebt
in 3.
-
Breng de 2 bouten (¼" x 1⅜")
aan in de bovenste openingen in de montagebeugel (egalisatieset van
de ultrasone spuitboom), de achterste flens (scherm van bedieningsmodule)
en de bedieningsmodule (Figuur 30); gebruik hierbij de 2 flensborgmoeren (¼").
-
Draai de flenskopbout van 5/16" en de flensmoeren
aan tot 20-25 N·m.
-
Draai de flenskopbout van ¼" en de flensmoeren
aan tot 10-12 N·m.
De bedieningsmodule op de machine monteren
Multi Pro 5800-machines
-
Kantel de bestuurders- en passagiersstoel naar voren
en zet de stoelen vast met de steunstangen.
-
Voor machines uit 2015
en vroeger – zoek de plug tussen de binnenste helft
van de veiligheidsgordel van de bestuurder en die van de passagier,
en verwijder de plug uit de basis van de bedieningseenheid (Figuur 32).
-
Monteer de elektronische bedieningsmodule op de montagebeugel
(Figuur 32);
gebruik de 4 bouten (¼" x 1⅛") en
4 borgmoeren (¼").
-
Draai de moeren en bouten vast met een torsie van
10-12 N·m.
De kabelboom aansluiten op de elektronische bedieningsmodule
Multi Pro 5800-machines
-
Leid de connector met 50 contacten van de kabelboom
voor de sonische spuitboom als volgt:
-
Voor machines uit 2015 en vroeger – de kabelboomaftakking met de connector met 50 contacten
hoort door de opening in de basis van de bedieningseenheid te lopen
die u aangebracht hebt in stap 2; raadpleeg de montage-instructies
voor de egalisatieset van de ultrasone spuitboom.
-
Voor machines uit 2015 en later – de kabelboomaftakking met de connector met 50 contacten
hoort door de grote pakking in de basis van de bedieningseenheid te
lopen; raadpleeg de montage-instructies voor de egalisatieset van
de ultrasone spuitboom.
-
Sluit de connector met 50 contacten van de kabelboom
voor de sonische spuitboom aan op de stekker met 50 pinnen van de
elektronische bedieningsmodule, en bevestig de connectors met de inbusbout
(Figuur 33).
Note: De elektrische aansluiting voor de bedieningsmodule heeft een
inkeping en kan op slechts één manier aangesloten worden.
-
Draai de inbusschroef vast met een torsie van 2,7
tot 3,2 N·m.
De kabelboom en de schakelaars aansluiten
Benodigde onderdelen voor deze stap:
| Tuimelschakelaar (verlicht) | 1 |
| Kabelklemband | 12 |
De schakelaar voor de ultrasone modus plaatsen
Multi Pro 1750 Machines uit
-
Verwijder, indien aanwezig, de
4 flenskopbouten (¼" x ½") waarmee het
paneeldeksel bovenaan de bedieningseenheid is bevestigd (Figuur 34).
-
Verwijder de schakelaarplug van het paneeldeksel van
de bedieningseenheid (Figuur 34).
-
Breng de connector met 8 contacten van de kabelboom
van de egalisatieset van de ultrasone spuitboom aan door de opening
in het paneeldeksel (Figuur 34).
-
Sluit de connector met 8 contacten van de kabelboom
van de egalisatieset van de ultrasone spuitboom met markering SONIC MODE MANUAL VS. AUTO (sonische modus manueel/automatisch)
aan op de tuimelschakelaar (Figuur 34).
-
Druk de tuimelschakelaar in de opening van het bedieningspaneel
tot de schakelaar op zijn plaats klikt (Figuur 34).
-
Lijn de openingen in het paneeldeksel uit met de openingen
bovenaan de bedieningseenheid (Figuur 34).
-
Bevestig het paneel aan de bedieningseenheid met de
bouten (Figuur 34) die u verwijderd hebt in stap 1.
De schakelaar voor de ultrasone modus plaatsen
Multi Pro 5800 Machines uit
-
Verwijder de schakelaarplug uit het bedieningspaneel
op de plaats afgebeeld in Figuur 35.
-
Sluit de connector met 8 contacten van de kabelboom
van de egalisatieset van de ultrasone spuitboom met markering SONIC MODE MANUAL VS. AUTO (sonische modus manueel/automatisch)
aan op de tuimelschakelaar (Figuur 35).
-
Druk de tuimelschakelaar in de opening van het bedieningspaneel
tot de schakelaar op zijn plaats klikt (Figuur 35).
Note: Richt het uitstekende deel van de schakelaar naar beneden.
De schakelaar voor de ultrasone modus plaatsen
Multi Pro WM Machines uit
-
Verwijder, indien aanwezig, de
4 flenskopbouten (¼" x ½") waarmee het
bedieningspaneel bevestigd is aan de bedieningseenheid; zie Figuur 36.
-
Verwijder de schakelaarplug van het bedieningspaneel
van de bedieningseenheid (Figuur 36).
-
Breng de connector met 8 contacten van de kabelboom
van de egalisatieset van de ultrasone spuitboom aan door de opening
in het bedieningspaneel (Figuur 36).
-
Sluit de connector met 8 contacten van de kabelboom
van de egalisatieset van de ultrasone spuitboom met markering SONIC MODE MANUAL VS. AUTO (sonische modus manueel/automatisch)
aan op de tuimelschakelaar (Figuur 36).
-
Druk de tuimelschakelaar in de opening van het bedieningspaneel
tot de schakelaar op zijn plaats klikt (Figuur 36).
Note: Richt het uitstekende deel van de schakelaar naar beneden.
-
Lijn de openingen in het bedieningspaneel uit met
de openingen bovenaan de bedieningseenheid (Figuur 36).
-
Bevestig het paneel aan de bedieningseenheid met de
bouten (Figuur 36) die u verwijderd hebt in stap 1.
De hefschakelaars van de spuitbomen aansluiten op de kabelboom
van de sonische spuitboom
De schakelaars aansluiten op de kabelboom
Multi Pro 1750 en Multi Pro WM Machines uit
-
Verwijder de 4 flenskopbouten (¼" x
½") waarmee het schakelpaneel bevestigd is aan de centrale
bedieningseenheid, en til het paneel op (Figuur 37 of Figuur 28).
-
Maak de connectors met 8 contacten van de machinekabelboom
los van de hefschakelaars van de spuitbomen (Figuur 38 of Figuur 37).
Note: Als er meer tussenruimte nodig is, maak dan de hefschakelaars
van de spuitbomen los van het schakelpaneel.
-
Sluit de tuimelschakelaars aan op de kabelboomconnectors
met 8 contacten van de egalisatieset van de ultrasone spuitboom (Figuur 37 of Figuur 38).
Note: Zorg dat de kabelboomconnector van de sonische spuitboom met
aanduiding LEFT ACTUATOR SWITCH (schakelaar
links) uitgelijnd is met de opening voor de linkerschakelaar in het
schakelpaneel.
-
Als u de schakelaar(s) verwijderd hebt uit het schakelpaneel,
druk de hefschakelaar(s) voor de spuitbomen dan in de openingen in
het centrale bedieningspaneel tot de schakelaar(s) vastklikt/vastklikken.
-
Breng de gaten in het schakelpaneel op één
lijn met het frame van de bedieningseenheid (Figuur 37 of Figuur 38).
-
Bevestig het zijdeksel op de centrale bedieningseenheid;
gebruik de 4 flenskopbouten (¼" x ½")
(Figuur 37 of Figuur 38) die u
verwijderd hebt in stap 1.
De schakelaars aansluiten op de kabelboom
Multi Pro 5800 Machines uit
-
Verwijder de 5 flenskopbouten (¼" x
¾") waarmee het rechterdeksel aan de centrale bedieningseenheid
is bevestigd (Figuur 39).
-
Verwijder de tuimelschakelaars voor de linker- en
rechterspuitboombediening uit het centrale bedieningspaneel (Figuur 39).
-
Trek de connectors met 8 contacten van de machinekabelboom
uit de hefschakelaars van de spuitbomen voor het linker- en rechterhefcircuit
(Figuur 40).
Note: Stop de connectors voor de kabelboom voor de machine langs de
kabelboom.
-
Sluit de tuimelschakelaars aan op de kabelboomconnectors
met 8 contacten van de egalisatieset van de ultrasone spuitboom (Figuur 40).
Note: Zorg dat de kabelboomconnector van de sonische spuitboom met
aanduiding LEFT ACTUATOR SWITCH (schakelaar
links) uitgelijnd is met de opening voor de linkerschakelaar in het
centrale bedieningspaneel.
-
Druk de hefschakelaars voor de spuitbomen in de openingen
in het centrale bedieningspaneel tot de schakelaars op hun plaats
klikken (Figuur 40).
-
Lijn de openingen in het rechterdeksel uit met het
frame van de centrale bedieningseenheid (Figuur 39).
-
Bevestig het zijdeksel op de centrale bedieningseenheid
(Figuur 39);
gebruik de 5 flenskopbouten (¼" x ¾")
die u verwijderd hebt in stap 1.
De montage van de nivelleerset voor de ultrasone spuitbomen
voltooien
-
Sluit de minkabel aan op de accu; raadpleeg de Gebruikershandleiding van uw machine.
-
Kantel voor de Multi Pro 1750 en de Multi Pro 5800
de stoelen naar beneden.
De sonische spuitbomen kalibreren
Wanneer u de processor van de bedieningsmodule opgestart hebt,
hebt u 20 seconden om de sensors van de spuitbomen te kalibreren.
De afstand tussen de spuitboomsensor en de grond na de kalibratieperiode
van 20 seconden zal de hoogte-instelling zijn in de automatische
modus tot u de sensor opnieuw kalibreert.
Note: Voor onbedekte spuitbomen: De standaardinstelling
is 51 cm van de spuitdop tot de grond. Als u een andere hoogte
ingesteld hebt dan de fabrieksinstelling en u wenst terug de standaardinstelling
te gebruiken, herkalibreert u de spuitboom terwijl deze op de steun
ligt. Voor bedekte spuitbomen: De standaard hoogte-instelling
van 51 cm geldt alleen voor onbedekte spuitbomen. U moet de sensors
van bedekte spuitbomen kalibreren.
-
Zorg ervoor dat de gazonspuitmachine geparkeerd is
en er zich geen bomen, gebouwen, voertuigen of afval in de buurt bevinden.
Er mogen zich ook geen buizen of voorzieningen onder de grond bevinden.
-
Laat de spuitbomen zakken in de horizontale stand.
-
Draai het contactsleuteltje op Uit.
-
Zet de schakelaar van de sonische spuitboom op AAN (Figuur 41, Figuur 42 of Figuur 43).
-
Hou de hefschakelaar van de linkerspuitboom in de
stand OMLAAGBRENGEN en de hefschakelaar
van de rechterspuitboom in de stand OMHOOGBRENGEN, en draai tegelijk het contactsleuteltje om de machine te starten.
-
Laat de spuitboomschakelaars los.
Note: Het indicatorlampje van de schakelaar van de sonische spuitboom
flitst snel aan en uit, wat betekent dat het sonische spuitboomsysteem
gekalibreerd wordt. U hebt nu 20 seconden om de knoppen omhoog
en omlaag te gebruiken en de gewenste afstand tussen de spuitbomen
en de grond in te stellen. Na de 20 seconden knippert het indicatorlampje
traag.
-
Breng de buitenste spuitbomen omhoog en omlaag met
de hefschakelaars om de hoogte van de spuitbomen te wijzigen tot u
de gewenste afstand tussen het uiteinde van de spuitboom en de grond
verkrijgt.