Inleiding

Deze machine is bedoeld voor gebruik door particulieren. De sneeuwfrees is in de eerste plaats ontworpen om sneeuw te verwijderen van verharde ondergronden, zoals opritten, stoepen en andere oppervlakken op privaat of commercieel terrein. Ze is niet bedoeld om andere materialen dan sneeuw te verwijderen, noch voor gebruik op ondergronden met grind.

Lees deze informatie zorgvuldig, zodat u weet hoe u het product op de juiste wijze kunt gebruiken en onderhouden en letsel en schade aan de machine kunt voorkomen. U bent verantwoordelijk voor het juiste en veilige gebruik van de machine.

U kunt rechtstreeks contact opnemen met Toro viawww.Toro.com voor documentatie over productveiligheid en bedieningsinstructies, informatie over accessoires, hulp bij het vinden van een dealer of om uw product te registreren.

Als u service, originele Toro onderdelen of aanvullende informatie nodig hebt, kunt u contact opnemen met een erkende servicedealer of met de klantenservice van Toro. U dient hierbij altijd het modelnummer en het serienummer van het product te vermelden. De locatie van het plaatje met het modelnummer en het serienummer van de machine is aangegeven op Figuur 1. U kunt de nummers noteren in de ruimte hieronder.

Important: Scan met uw smartphone of tablet de QR-code op het plaatje met het serienummer om toegang te krijgen tot de garantie, onderdelen en andere productinformatie.

g219966

Er worden in deze handleiding een aantal mogelijke gevaren en een aantal veiligheidsberichten genoemd met het volgende veiligheidssymbool (Figuur 2), dat duidt op een gevaarlijke situatie die zwaar lichamelijk letsel of de dood tot gevolg kan hebben wanneer de veiligheidsvoorschriften niet in acht worden genomen.

g000502

Er worden in deze handleiding twee woorden gebruikt om uw aandacht op bijzondere informatie te vestigen. Belangrijk attendeert u op bijzondere technische informatie en Opmerking duidt algemene informatie aan die bijzondere aandacht verdient.

Dit product voldoet aan alle relevante Europese normen; raadpleeg voor meer informatie de afzonderlijke conformiteitsverklaring van dit product.

Important: Als u deze machine voor een doorlopende periode gebruikt op een hoogte boven 1500 meter, moet u ervoor zorgen dat de set voor grote hoogte is gemonteerd zodat de motor voldoet aan de CARB-/EPA-emissierichtlijnen. De set voor grote hoogte verbetert de prestatie van de motor en voorkomt verontreiniging van de bougie, moeilijk starten en verhoogde uitstoot. Bevestig het label voor grote hoogte naast het plaatje met het serienummer op de machine zodra u de set heeft gemonteerd. Neem contact op met een erkende Toro service dealer om de juiste set voor grote hoogte en het label voor grote hoogte voor uw machine te verkrijgen. Om een dealer in uw buurt te vinden, kunt u kijken op onze website www.Toro.com of contact opnemen met onze Toro Customer Care Departement op het nummer dat is opgegeven in de garantieverklaring voor het emissiecontrolesysteem. Verwijder de set van de motor en herstel de motor naar zijn oorspronkelijke fabrieksconfiguratie wanneer u de motor gebruikt op een hoogte onder 1500 meter. Gebruik een motor die is ingesteld voor gebruik op grote hoogte niet op lagere hoogtes, anders kan de motor oververhit raken en worden beschadigd.Als u niet zeker bent of uw machine is ingesteld voor gebruik op grote hoogte, moet u zoeken naar het volgende label (Figuur 3).

decal127-9363

Het elektronische ontstekingssysteem voldoet aan de Canadese norm ICES-002.

Veiligheid

Algemene veiligheid

Deze machine voldoet aan de B71.3 specificaties van het American National Standards Institute (ANSI).

  • Lees deze Gebruikershandleiding en zorg ervoor dat u deze begrijpt voordat u de motor start. Zorg dat alle gebruikers van dit product weten hoe ze het dienen te gebruiken en dat ze de waarschuwingen begrijpen.

  • Houd handen en voeten uit de buurt van de bewegende onderdelen van de machine.

  • Gebruik de machine niet als er schermen of andere beveiligingsmiddelen ontbreken of als deze niet werken.

  • Blijf altijd uit de buurt van afvoeropeningen. Houd omstanders op een veilige afstand van de machine.

  • Houd kinderen uit de buurt van het werkgebied. Laat kinderen nooit de machine bedienen.

  • Schakel de motor uit voordat u de machine ontstopt, er onderhoudswerkzaamheden aan verricht of ze van brandstof voorziet.

U vindt aanvullende veiligheidsinstructies in de desbetreffende hoofdstukken van deze handleiding.

Veiligheids- en instructiestickers

Graphic

Veiligheidsstickers en veiligheidsinstructies zijn gemakkelijk zichtbaar voor de bestuurder en bevinden zich bij plaatsen waar gevaar kan ontstaan. Vervang alle beschadigde of ontbrekende veiligheidsstickers.

decal131-5914
decal120-9805
decal131-1785

Montage

De handgreep uitklappen

g212678

Uitwerpkanaal monteren

GraphicGraphic
1x1x
g209258

De Quick Stick® aansluiten

(uitsluitend voor Quick Stick® modellen)
GraphicGraphicGraphicGraphic
3x3x1x1x
g215702

Het motoroliepeil controleren

g210346g214777

Banden op juiste spanning brengen

g210347g211051

Algemeen overzicht van de machine

g030114
g030439

Gebruiksaanwijzing

Voor gebruik

Veiligheid vóór gebruik

  • Uitsluitend voor modellen met elektrisch startsysteem: Gebruik verlengsnoeren en stopcontacten zoals omschreven in de handleiding. Onderzoek het elektriciteitssnoer grondig voordat u het in een stopcontact steekt. Als het snoer is beschadigd, mag u het niet gebruiken. Vervang het beschadigde snoer. Koppel het stroomsnoer af als u niet van plan bent om de machine te starten.

  • Draag geschikte winterkleding wanneer u de machine gebruikt. Draag stevige schoenen met antislipzool waardoor u beter op gladde oppervlakken kunt lopen. Vermijd losse kledij die gegrepen kan worden door bewegende onderdelen.

  • Draag altijd oogbescherming tijdens het gebruik van de machine of terwijl u de machine afstelt of repareert om uw ogen te beschermen tegen vreemde objecten die de machine kan uitwerpen.

  • Inspecteer eerst grondig het terrein waar u de machine gaat gebruiken en verwijder alle deurmatten, sleeën, boards, draden en andere vreemde voorwerpen.

  • Als veiligheidsschermen, veiligheidsvoorzieningen of stickers onleesbaar zijn, ontbreken of beschadigd zijn, moet u deze herstellen of vervangen voordat u de machine gaat gebruiken. Draai ook losse bevestigingsmaterialen vast.

Gevaar

Brandstof is uitermate ontvlambaar en explosief. Brand of explosie van brandstof kan brandwonden veroorzaken.

  • Om te voorkomen dat een statische lading de brandstof tot ontbranding kan brengen, moet u het brandstofvat en/of de machine voordat u de tank vult op de grond plaatsen, niet op een voertuig of een ander object.

  • Vul de brandstoftank in de open lucht wanneer de motor koud is. Neem gemorste benzine op.

  • Rook niet als u omgaat met brandstof, en houd brandstof uit de buurt van open vuur en vonken.

  • Bewaar brandstof in een goedgekeurd brandstofvat en buiten bereik van kinderen.

  • Kantel de machine niet naar voren of naar achteren met brandstof in de brandstoftank, anders kan er brandstof lekken uit de machine.

Brandstoftank vullen

  • Gebruik voor de beste resultaten uitsluitend schone, verse (minder dan 30 dagen oud), loodvrije benzine met een octaangetal van 87 of hoger (indelingsmethode (R+M)/2).

  • Ethanol: Benzine met maximaal 10% ethanol (gasohol) of 15% MTBE (methyl-tertiair-butylether) per volume is aanvaardbaar. Ethanol en MTBE zijn niet hetzelfde. Benzine met 15% ethanol (E15) per volume is niet geschikt voor gebruik. Gebruik nooit benzine die meer dan 10% ethanol per volume bevat, zoals E15 (bevat 15% ethanol), E20 (bevat 20% ethanol), of E85 (bevat 85% ethanol ). Ongeschikte benzine gebruiken kan leiden tot verminderde prestaties en/of motorschade die mogelijk niet gedekt wordt door de garantie.

  • Geen benzine gebruiken die methanol bevat.

  • Tijdens de winter geen brandstof opslaan in de brandstoftank of in vaten, tenzij u een brandstofstabilisator gebruikt.

  • Nooit olie aan benzine toevoegen.

Important: Om startproblemen te vermijden moet u het hele seizoen een stabilizer toevoegen aan de benzine. Gebruik nooit benzine die ouder is dan 30 dagen.

g214834

Het motoroliepeil controleren

Tijdens gebruik

Veiligheid tijdens gebruik

  • Een draaiende vijzel kan handen of voeten verwonden. Loop achter de handgrepen en blijf uit de buurt van de uitwerpopening als u de machine gebruikt. Houd uw gezicht, handen, voeten en alle andere lichaamsdelen of kledingstukken uit de buurt van bewegende of draaiende onderdelen.

  • Richt de uitgeworpen sneeuw nooit op mensen of plaatsen waar de sneeuw schade kan aanrichten.

  • Kijk uit dat u niet valt of uitschuift. Zoek altijd betrouwbare plaatsen om te staan en hou de handgrepen stevig vast. Loop stapvoets; nooit rennen.

  • Wees uiterst voorzichtig op hellingen.

  • Gebruik de machine nooit in een slecht verlichte omgeving of bij slechte zichtbaarheid.

  • Gebruik de machine niet wanneer u ziek of moe bent, of onder de invloed van alcohol of drugs verkeert.

  • Kijk achterom en wees voorzichtig als u achteruitrijdt met de machine.

  • Wanneer u niet actief sneeuw aan het ruimen bent, schakelt u de aandrijving van de vijzel uit.

  • Wees uiterst voorzichtig bij het werken op of het kruisen van grindpaden, voetpaden of wegen. Hou rekening met onverwachte gevaren en verkeer.

  • Probeer nooit afstellingen uit te voeren wanneer de motor loopt.

  • Als u een vreemd voorwerp hebt geraakt, moet u de motor uitschakelen, het contactsleuteltje (uitsluitend model met elektrisch startsysteem) verwijderen, de machine grondig op beschadiging controleren en de schade herstellen alvorens de machine opnieuw te starten en te gebruiken.

  • Als de machine abnormaal zou beginnen te trillen, moet u de motor afzetten en nagaan wat de oorzaak daarvan is.

  • Laat de motor nooit lopen in een afgesloten ruimte, tenzij om te starten en om de machine in of uit de ruimte te rijden. Open de buitendeuren; uitlaatgassen zijn gevaarlijk.

  • Vermijd overbelasting van de machine als u te snel wilt werken.

  • Raak nooit een hete motor of geluiddemper aan.

Motor starten

De elektrische starter gebruiken

g213131g215699

De repeteerstarter gebruiken

g210708

De vijzel inschakelen

g214867

De vijzel uitschakelen

Om de vijzel uit te schakelen, laat u de hendel van de vijzel los.

De machine laten rijden

Om de zelfaandrijving te activeren, loopt u eenvoudig vooruit met uw handen op het bovenste deel van de handgreep en uw ellebogen naast uw lichaam; de machine richt zich automatisch naar uw loopsnelheid (Figuur 15).

Note: U kunt de machine laten rijden met de vijzel ingeschakeld of uitgeschakeld.

g030119

De motor afzetten

g210831

De Quick Stick

Note: De blauwe knop moet volledig ingedrukt worden om de vergrendeling vrij te geven en de Quick Stick® te bedienen.

g030118

Een verstopt uitwerpkanaal vrijmaken.

Waarschuwing

Als de vijzel/rotor draait maar er geen sneeuw uit het uitwerpkanaal komt, is het uitwerpkanaal mogelijk verstopt.

Gebruik nooit uw handen om een verstopt uitwerpkanaal vrij te maken. Hierdoor kan lichamelijk letsel ontstaan.

  1. Terwijl de machine in de bedrijfsstand blijft, laat u de hendel voor zelfaandrijving los.

  2. Schakel de vijzel in.

  3. Duw de hendel omlaag om de voorkant van de machine een paar centimeter van de stoep op te tillen en til de hendels vervolgens snel op om de voorkant van de machine tegen de stoep te tikken.

  4. Schakel de vijzel uit.

  5. Herhaal stap 1 tot en met 4 indien nodig tot er sneeuw uit het uitwerpkanaal komt.

Important: Als het niet lukt om het uitwerpkanaal vrij te maken door de voorkant van de machine tegen de grond te tikken, zet de motor dan af, wacht totdat alle bewegende onderdelen tot stilstand zijn gekomen en gebruik dan het werktuig om sneeuw te verwijderen (niet meegeleverd).

Important: Als u het uitwerpkanaal probeert vrij te maken door de voorkant van de machine tegen de grond te tikken, kunnen de glijders verschuiven. Stel de glijders af en draai de bouten van de glijders stevig vast; zie De glijders controleren en instellen.

Tips voor bediening en gebruik

Waarschuwing

De vijzel kan stenen, speelgoed en andere vreemde voorwerpen uitwerpen en u of omstanders ernstig letsel toebrengen.

  • Hou het terrein waar u sneeuw wilt ruimen vrij van alle voorwerpen die door de rotorbladen kunnen worden gegrepen en uitgeworpen.

  • Hou kinderen en huisdieren weg uit het werkgebied.

  • Verwijder verse sneeuw zo snel mogelijk.

  • Zorg dat de werkgangen overlappen zodat u alle sneeuw ruimt.

  • Indien mogelijk moet u de sneeuw altijd met de wind mee uitwerpen.

  • Als de machine zichzelf niet vooruit drijft op gladde oppervlakken of in zware sneeuw, duw dan naar voren op de handgreep, maar de machine op haar eigen tempo werken.

Na gebruik

Veiligheid na het werk

  • Stal een machine die nog brandstof in de tank heeft nooit in een ruimte met vuurhaarden zoals boilers, verwarmingstoestellen of wasdroogmachines. Laat de motor afkoelen voordat u de maaimachine in een afgesloten ruimte stalt.

  • Wanneer u de machine voor langer dan 30 dagen stalt, raadpleeg dan Vóór de stalling voor belangrijke informatie.

Bevriezing na gebruik voorkomen

  • Laat de motor nog enkele minuten draaien. Zo voorkomt u dat bewegende onderdelen bevriezen. Schakel de motor uit, wacht tot alle bewegende delen stilstaan en verwijder ijs en sneeuw van de machine.

  • Verwijder sneeuw en ijs van de onderkant van het kanaal.

  • Draai het uitwerpkanaal naar links en rechts om ijsophopingen te verwijderen.

  • Trek met het contactsleuteltje in de UIT-stand enkele keren aan de handgreep van de repeteerstarter of sluit het elektriciteitssnoer aan op een stroombron en de machine en druk één keer op de elektrische startknop om te voorkomen dat de repeteerstarter en/of de elektrische starter vastvriezen (alleen modellen met elektrische start).

  • Bij sneeuwval en koude temperaturen kunnen sommige bedieningselementen en bewegende onderdelen bevriezen. Gebruik niet te veel kracht als u bevroren bedieningselementen probeert te gebruiken. Als een bedieningselement of onderdeel moeilijk te gebruiken is, start dan de motor en laat deze enkele minuten draaien.

  • Gebruik de bediening van het uitwerpkanaal niet om een bevroren uitwerpkanaal te bewegen. Houd de blauwe knop ingedrukt en gebruik uw handen om het kanaal te draaien.

  • Als u de machine in een open aanhanger of voertuig vervoert, kunnen de bedieningsorganen of het uitwerpkanaal bevriezen.

Onderhoud

Note: Bepaal vanuit de normale bedieningspositie de linker- en rechterzijde van de machine.

Aanbevolen onderhoudsschema

OnderhoudsintervalOnderhoudsprocedure
Na het eerste bedrijfsuur
  • Controleer of alle bevestigingen vastzitten; zet deze vast indien nodig.
  • Na de eerste 2 bedrijfsuren
  • De motorolie verversen.
  • Controleer de kabel van de vijzel en stel deze af indien nodig.
  • Controleer de kabel van de transmissie en stel deze af indien nodig.
  • Bij elk gebruik of dagelijks
  • Controleer het oliepeil van de motor en voeg olie toe indien nodig.
  • Om de 100 bedrijfsuren
  • Bougie vervangen.
  • Jaarlijks
  • Controleer de glijders en stel ze indien nodig af.
  • Inspecteer de werpranden en laat een erkende servicedealer de werpranden en de schraper vervangen als dat nodig is.
  • De motorolie verversen.
  • Controleer de kabel van de vijzel en stel deze af indien nodig.
  • Controleer de kabel van de transmissie en stel deze af indien nodig.
  • Controleer de bandenspanning.
  • Controleer of alle bevestigingen vastzitten; zet deze vast indien nodig.
  • Laat een erkende servicedealer de aandrijfriem inspecteren en vervang hem indien nodig.
  • Jaarlijks of vóór stalling
  • Maak de machine klaar voor opslag.
  • De machine veilig onderhouden

    Lees de volgende veiligheidsmaatregelen voordat u onderhoudswerkzaamheden verricht aan de machine:

    • Voordat u service- of onderhoudswerkzaamheden uitvoert of de machine afstelt, moet u de motor uitschakelen en het sleuteltje verwijderen. Als er ooit grote herstellingen nodig zijn, neem dan contact op met een erkende servicedealer.

    • Controleer regelmatig of alle bevestigingen vast zitten en het veilig is om de machine te gebruiken.

    • Verander de instellingen van de motor niet.

    • Gebruik ter vervanging uitsluitend originele onderdelen en accessoires van Toro.

    Het motoroliepeil controleren

    OnderhoudsintervalOnderhoudsprocedure
    Bij elk gebruik of dagelijks
  • Controleer het oliepeil van de motor en voeg olie toe indien nodig.
  • g210346g214777

    De glijders controleren en instellen

    OnderhoudsintervalOnderhoudsprocedure
    Jaarlijks
  • Controleer de glijders en stel ze indien nodig af.
  • Controleer de glijders; de vijzel mag de verharde ondergrond niet raken. Stel de glijders af zoals vereist om slijtage te compenseren (Figuur 19).

    1. Maak de bouten van de glijder los.

    2. Schuif een plank van 5 mm onder de schraper.

      Note: Het gebruik van een dunnere plank resulteert in een agressievere schraper; het gebruik van een dikkere plank resulteert in een minder agressieve schraper.

    3. Laat de glijders neer op de grond.

      Note: Zorg ervoor dat de glijders plat op de grond liggen.

    4. Maak de bouten van de glijder vast.

    g215701g214716

    De werpranden inspecteren

    OnderhoudsintervalOnderhoudsprocedure
    Jaarlijks
  • Inspecteer de werpranden en laat een erkende servicedealer de werpranden en de schraper vervangen als dat nodig is.
  • Controleer de werpranden voor elke sessie op slijtage. Als een werprand tot aan de slijtage-indicator is afgesleten, laar dan een erkende servicedealer de werpranden vervangen (Figuur 20).

    g030128

    Motorolie verversen

    OnderhoudsintervalOnderhoudsprocedure
    Na de eerste 2 bedrijfsuren
  • De motorolie verversen.
  • Jaarlijks
  • De motorolie verversen.
  • Voordat u de olie ververst, moet u de motor indien mogelijk enkele minuten laten lopen zodat de olie warm wordt. Warme olie is vloeibaarder en voert vervuilingen beter mee.

    Motorolietype

    Motoroliecapaciteit0,70 liter
    OlieviscositeitZie Figuur 22.
    API-classificatieSJ of hoger
    1. Plaats de machine op een horizontaal oppervlak.

    2. Plaats een olieopvangbak onder de olieaftapplug, verwijder de olieaftapplug en kantel de machine naar achteren en laat de gebruikte olie in de olieopvangbak weglopen (Figuur 21).

      g030122
    3. Nadat de gebruikte olie is afgetapt, zet u de maaimachine terug in de werkstand.

    4. Plaats de olieaftapplug en draai ze stevig vast.

    5. Maak de omgeving van de olievuldop schoon.

    6. Gebruik Figuur 22 om te bepalen wat de beste olieviscositeit is voor het verwachte bereik van de buitentemperatuur:

      g013802
    g030112g214777

    Bougie vervangen

    OnderhoudsintervalOnderhoudsprocedure
    Om de 100 bedrijfsuren
  • Bougie vervangen.
  • Waarschuwing

    Als u de bougie vervangt terwijl de motor nog warm is, kan dit leiden tot brandwonden.

    Wacht totdat de motor koud is om de bougie te vervangen.

    Gebruik een Toro bougie of een gelijkwaardige bougie (Champion® RN9YC of NGK BPR6ES).

    1. Verwijder de huls (Figuur 24).

      g030123
    2. Maak schoon rond de basis van de bougie.

    3. Verwijder de oude bougie en gooi deze weg.

      Note: U heeft een ratelsleutel met verlengstuk nodig om de bougie te verwijderen.

    4. Stel de afstand tussen de elektrodes in op 0,76 mm bij een nieuwe bougie zoals getoond in Figuur 25.

      g001029

    De kabel van de vijzel afstellen

    OnderhoudsintervalOnderhoudsprocedure
    Na de eerste 2 bedrijfsuren
  • Controleer de kabel van de vijzel en stel deze af indien nodig.
  • Jaarlijks
  • Controleer de kabel van de vijzel en stel deze af indien nodig.
  • Als de aandrijfriem slipt of piept onder zware belasting, stel dan de kabel van de vijzel af.

    1. Draai de moer los op de klem van de onderste kabelklem, maar verwijder deze niet (Figuur 26).

      g030444
    2. Trek de kabel omhoog om wat speling te verwijderen (Figuur 26).

      Important: Haal niet alle speling van de kabel. Als u alle speling van de kabel haalt, zal de vijzel niet goed stoppen.

    3. Houd de kabel op zijn plaats en draai de moer vast (Figuur 26).

    De kabel van de transmissie afstellen

    OnderhoudsintervalOnderhoudsprocedure
    Na de eerste 2 bedrijfsuren
  • Controleer de kabel van de transmissie en stel deze af indien nodig.
  • Jaarlijks
  • Controleer de kabel van de transmissie en stel deze af indien nodig.
  • Als de wielen gemakkelijk vastlopen of als de wielen rijden zonder dat u de hendel voor de zelfaandrijving inschakelt, moet u de kabel van de transmissie afstellen.

    1. Draai de moer los op de bovenste kabelklem, maar verwijder deze niet (Figuur 27).

      g030446
    2. Trek de kabel naar beneden om de meeste speling van de kabel te halen (Figuur 27).

      Important: Haal niet alle speling van de kabel. Als u alle speling van de kabel haalt, kunnen de wielen gaan rijden zonder dat de hendel voor zelfaandrijving wordt ingeschakeld.

    3. Draai de moer vast (Figuur 27).

    Bandenspanning controleren

    OnderhoudsintervalOnderhoudsprocedure
    Jaarlijks
  • Controleer de bandenspanning.
  • g210347g211051

    Stalling

    De sneeuwfrees stallen

    Waarschuwing

    • Benzinedampen zijn uiterst ontvlambaar, explosief en gevaarlijk als ze worden ingeademd. Als u de machine stalt in een ruimte met een open vuur, kunnen de benzinedampen worden ontstoken en een explosie veroorzaken.

    • Stal de machine niet in een huis (woongedeelte), kelder of andere ruimte waar ontstekingsbronnen aanwezig kunnen zijn, zoals boilers en verwarmingstoestellen, wasdroogmachines, fornuizen en andere gelijkaardige toestellen.

    • Kantel de machine niet naar achteren met brandstof in de brandstoftank, anders kan er brandstof lekken uit de machine.

    1. Als u de tank voor de laatste keer van het seizoen vult, moet u een stabilizer toevoegen aan de verse brandstof volgens de voorschriften van de fabrikant.

    2. Laat de motor 10 minuten lopen om de brandstof met de toegevoegde stabilisator/conditioner door het brandstofsysteem te verspreiden.

    3. Zet de motor af, laat deze afkoelen, en laat de brandstoftank leeglopen, of laat de motor lopen, totdat deze afslaat.

    4. Motor opnieuw starten en laten lopen totdat deze afslaat.

    5. Bedien de choke of hulpstarter, start de motor een derde keer en laat hem draaien tot hij niet meer wil starten.

    6. Tap de brandstof in de carburateur af via de aftapbout van de carburateur in een goedgekeurde benzinecontainer.

    7. U moet ongebruikte brandstof op de juiste wijze afvoeren. Voer deze brandstof af volgens de plaatselijk geldende voorschriften of gebruik deze voor uw auto.

    8. Terwijl de motor nog warm is, ververst u de motorolie. Zie Motorolie verversen.

    9. Verwijder de bougie.

    10. Spuit 2 theelepels olie in de bougieopening.

    11. Monteer de bougie handmatig en draai deze dan vast met een torsie van 27 tot 30 N·m.

    12. Trek met het contactsleuteltje in de UIT-stand traag aan de handgreep van de repeteerstarter om de olie aan de binnenkant van de cilinder te verdelen.

    13. De machine reinigen.

    14. Herstel afgeschilferde verf met verf van een erkende servicedealer. Schuur de betreffende plaatsen voordat u gaat verven, en gebruik een roestwerend middel om te voorkomen dat de metalen onderdelen gaan roesten.

    15. Draai los bevestigingsmateriaal vast. Vervang of herstel beschadigde onderdelen.

    16. Dek de machine af en stal ze op een schone, droge plaats buiten het bereik van kinderen. Laat de motor afkoelen voordat u de maaimachine in een afgesloten ruimte stalt.

    Voorbereidingen voor stalling

    Waarschuwing

    Brandstofdampen zijn uiterst ontvlambaar, explosief en gevaarlijk als ze worden ingeademd. Als u het product stalt in een ruimte met een open vuur, kunnen de brandstofdampen worden ontstoken en een explosie veroorzaken.

    • Stal de machine niet in een huis (woongedeelte), kelder of andere ruimte waar ontstekingsbronnen aanwezig kunnen zijn, zoals boilers en verwarmingstoestellen, wasdroogmachines, fornuizen en andere toestellen.

    • Kantel de machine niet naar voren of naar achteren met brandstof in de brandstoftank, anders kan er brandstof lekken uit de machine.

    • Stal de machine niet met haar handgreep naar beneden op de grond gekanteld; anders lekt er olie in de motorcilinder en op de grond en de motor zal niet starten of draaien.

    1. Als u de tank voor de laatste keer van het seizoen vult, moet u een stabilizer toevoegen aan de verse benzine volgens de voorschriften van de fabrikant.

      Important: Bewaar brandstof niet langer dan wordt voorgesteld door de fabrikant van de stabilizer.

    2. Laat de motor 10 minuten lopen om de brandstof met de toegevoegde stabilisator/conditioner door het brandstofsysteem te verspreiden.

    3. Zet de motor af, laat deze afkoelen, en laat de brandstoftank leeglopen, of laat de motor lopen, totdat deze afslaat.

    4. Start de motor en laat hem lopen totdat hij afslaat.

    5. Bedien de choke of hulpstarter, start de motor een derde keer en laat hem draaien tot hij niet meer start.

    6. Tap de brandstof in de carburateur af via de aftapbout van de carburateur in een goedgekeurde benzinecontainer.

    7. U moet ongebruikte brandstof op de juiste wijze afvoeren. Voer deze brandstof af volgens de plaatselijk geldende voorschriften of gebruik deze voor uw auto.

    8. Terwijl de motor nog warm is, ververst u de motorolie. Zie Motorolie verversen.

    9. Verwijder de bougie.

    10. Spuit 10 ml (2 theelepels) olie in de bougieopening.

    11. Monteer de bougie handmatig en draai deze dan vast met een torsie van 27 tot 30 N·m.

    12. Trek met het contactsleuteltje in de UIT-stand traag aan de handgreep van de repeteerstarter om de olie aan de binnenkant van de cilinder te verdelen.

    13. De machine reinigen.

    14. Herstel afgeschilferde verf met verf van een erkende servicedealer. Schuur de betreffende plaatsen voordat u gaat verven, en gebruik een roestwerend middel om te voorkomen dat de metalen onderdelen gaan roesten.

    15. Draai los bevestigingsmateriaal vast. Vervang of herstel beschadigde onderdelen.

    16. Dek de machine af en stal ze op een schone, droge plaats buiten het bereik van kinderen. Laat de motor afkoelen voordat u de machine in een afgesloten ruimte stalt.